Nieuwe goedkeuringen voor verruimde achterwaartse verliesverrekening

De staatssecretaris heeft het besluit van 16 februari 2012 over het (op)waarderen van voorraden en bedrijfsmiddelen, stelselwijziging en verruimde achterwaartse verliesverrekening geactualiseerd. Het besluit is op 26 juli 2014 in werking getreden en werkt terug tot en met 16 juli 2014. Aangevuld is het onderdeel over te laat gemaakte keuzen voor verruimde achterwaartse verliesverrekening in de Vpb. Er geldt een nieuwe goedkeuring voor belastingplichtigen die kennelijk per abuis hebben gekozen voor de verruimde carry-back. Van een kennelijk abuis is sprake als de keuze geen teruggaaf van Vpb opleverde, omdat over de desbetreffende eerdere jaren waarop de verruimde carry-back zou zien, geen belastbare winst beschikbaar was voor verliesverrekening. De goedkeuring houdt in dat deze belastingplichtigen niet worden getroffen door de verkorting van de voorwaartse verliesverrekeningstermijn. Een tweede aanvulling betreft de verlenging van de keuzetermijn in zeer bijzondere gevallen. De staatssecretaris laat weten dat hij onlangs een uitzondering heeft gemaakt in de situatie waarin een belastingplichtige te goeder trouw pas na het verstrijken van die termijn wist dat over een jaar een belastbare winst ontstond, waarnaar alsnog een verlies uit 2009, 2010 of 2011 verruimd kon worden teruggewenteld. In zo’n geval wordt goedgekeurd dat belastingplichtigen zich ook na 31 december 2012 met een verzoek tot de staatssecretaris kunnen wenden. De termijn voor indiening van een dergelijk verzoek bedraagt drie maanden en vangt aan met ingang van de dag na die waarop de Vpb-aanslag (met de bedoelde belastbare winst) onherroepelijk vaststaat. Voor gevallen waarin de aanslag onherroepelijk kwam vast te staan tussen 18 november 2012 tot en met de dagtekening van dit besluit, vangt de termijn aan met ingang van de dag na de dagtekening van dit besluit. Daarmee geldt in deze overgangssituaties ook nog een termijn van minimaal drie maanden.

(Bron: FUTD)