All posts in Kennisbank voor de Zelstandige zonder personeel(ZZP), belastingen, ondernemerschap

A-G Niessen concludeert dat ook de financieringskosten van belang zijn bij de beantwoording van de bronvraag bij een onderneming. De A-G overweegt daarbij dat de potentie van een onderneming nu eenmaal mede wordt bepaald door de verhouding tussen eigen en vreemd vermogen.

Belanghebbende, X, en haar man, Y, kopen in 2002 een monumentale kop-hals-rompboerderij, met de intentie om een Bed and Breakfast (B&B) te exploiteren. In 2004 wordt gestart met de verbouwing van de boerderij. In geschil is of er sprake is van een onderneming. In de beroepsfase sluiten X en de inspecteur een vaststellingsovereenkomst. De inspecteur stemt er in de beroepsfase mee in dat er sprake is van een onderneming als X een break-evenpoint in het jaar 2010 kan aantonen. Hierbij speelt met name of rekening moet worden gehouden met de financieringskosten. Rechtbank Leeuwarden stelt de inspecteur in het gelijk. Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat X niet heeft aangetoond dat de opschortende voorwaarde van de vaststellingsovereenkomst is vervuld. Het resultaat over 2010 bedraagt namelijk € 5053 negatief. Verder overweegt het hof nog dat de cumulatieve resultaten over de periode 2004-2010 niet positief zijn. Ook in die zin is de opschortende voorwaarde van de vaststellingsovereenkomst niet vervuld. Volgens het hof moet namelijk rekening worden gehouden met de financieringslasten. Als er sprake zou zijn van een bron moet volgens het hof rekening worden gehouden met de geldlening waarmee de B&B is gefinancierd. De B&B is geen bron van inkomen. Het hof bevestigt de uitspraak van de rechtbank.

Advocaat-generaal (A-G) Niessen concludeert dat bij de beantwoording van de bronvraag, of bij een onderneming een voordeel kan worden verwacht, ook de financieringskosten in aanmerking moeten worden genomen. De A-G overweegt daarbij dat de potentie van een onderneming nu eenmaal mede wordt bepaald door de verhouding tussen eigen en vreemd vermogen. De A-G adviseert de Hoge Raad om het cassatieberoep van X ongegrond te verklaren.

[Bron Uitspraak]

Hebt u een internetsite waarmee u regelmatig zakelijk op internet adverteert?  Bijvoorbeeld op Marktplaats of Facebook? Of verdient u geld met uw internetsite,  zoals met het online verkopen van goederen of diensten, of met activiteiten als  affiliate?

Als het antwoord op deze vragen ‘ja’ is, bent u waarschijnlijk ondernemer.  Maar of dat ook echt zo is, hangt af van verschillende factoren. Zo zijn er  verschillen tussen ondernemer zijn voor de inkomstenbelasting en ondernemer zijn  voor de btw. Hieronder leest u wat de verschillende vormen van ondernemerschap  zijn voor de Belastingdienst.

Wanneer bent u géén ondernemer?

Biedt u goederen of diensten gratis aan? Of alleen in de hobby- of  familiesfeer? Dan bent u voor ons geen ondernemer. U hoeft dus geen btw te  betalen en u hoeft ook niets te vermelden in uw aangifte inkomstenbelasting.

Ondernemer voor de inkomstenbelasting

Verkoopt u online goederen of diensten? En kunt u hieruit winst verwachten?  Dan is er sprake van inkomsten en bent u mogelijk ondernemer voor de  inkomstenbelasting.

Voor de inkomstenbelasting zijn er 3 soorten  inkomsten:

  • winst uit onderneming
  • loon uit dienstbetrekking
  • resultaat uit overige werkzaamheden

Waar uw inkomsten onder vallen, hangt af van een aantal factoren.  Bijvoorbeeld:

  • zelfstandigheid
  • ondernemersrisico
  • winstverwachting
  • de hoeveelheid tijd die u besteedt aan uw activiteiten

Meldt u zich aan als ondernemer? Dan beoordelen wij aan de hand van uw  omstandigheden of u aan de eisen voor ondernemerschap voldoet. Maar vaak kunnen  wij pas na afloop van het jaar beoordelen of u daadwerkelijk ondernemer was voor  de inkomstenbelasting.

U betaalt belasting, maar bent geen ondernemer voor de  inkomstenbelasting

Hebt u inkomsten uit uw internetactiviteiten en gaat het niet om een hobby?  En bent u niet in loondienst, maar beschouwen wij u ook niet als ondernemer?  Voor de inkomstenbelasting hebt u dan ‘resultaat uit overige werkzaamheden’. Uw  winst wordt op dezelfde manier berekend als bij ondernemers. Maar u hebt geen  recht op bepaalde regelingen voor ondernemers, zoals de zelfstandigenaftrek of  de investeringsaftrek.

Wanneer bent u ondernemer voor de btw?

Als u geen ondernemer voor de inkomstenbelasting bent, kunt u toch ondernemer  zijn voor de btw. Dat is het geval als u zelfstandig werkzaamheden uitvoert en  daar inkomsten uit hebt. Om te beoordelen of u ondernemer bent voor de btw,  letten wij op een aantal zaken.

(Bron: belastingdienst bewerkt)

Het recht van de Belastingdienst op informatie over ondernemingen reikt ver. Hierdoor kunnen ondernemers verplicht worden om gegevensdragers ter beschikking te stellen aan de fiscus. De ondernemer kan er eventueel zelf voor zorgen dat deze geen informatie bevatten die de inspecteur niet hoeft te weten door de administratie te splitsen.

Informatieverplichting

Iedere belastingplichtige is verplicht op verzoek van de inspecteur alle gegevens en inlichtingen te verstrekken die van belang zijn voor de belastingheffing bij de belastingplichtige zelf. Deze verplichting geldt ook als de ontvanger van de belastingen gegevens en inlichtingen opvraagt voor de inning van de belastingschuld. Voor ondernemers die hun onderneming via een eenmanszaak drijven betekent dit dat zij zelf moeten voldoen aan het informatieverzoek van de Belastingdienst. Wordt de onderneming via een bv gedreven, dan moeten  de bestuurders voldoen aan de informatieverzoeken met betrekking tot de fiscale positie van de bv. Als een belastingplichtige een vertegenwoordiger aanwijst, kan de Belastingdienst ook deze vertegenwoordiger benaderen voor inlichtingen. Als hoofdregel geldt dat men de fiscus niet ongevraagd inlichtingen hoeft te geven. Hierop bestaan uitzonderingen, zoals de verplichting om een correctie op te sturen bij een onjuiste aangifte loonheffingen.

 

Derden

Voor een beperkte groep personen en lichamen bestaat ook een informatieplicht met betrekking tot de fiscale positie van derden. Deze groep bestaat uit de administratieplichtigen en de inhoudingsplichtigen (werkgevers). Zo is een werkgever verplicht de Belastingdienst te vertellen over het privégebruik van een bestelauto van de zaak door zijn werknemer als deze werknemer (ten onrechte) beschikt over een Verklaring uitsluitend zakelijk gebruik bestelauto. Geestelijken, notarissen, advocaten, procureurs, artsen en apothekers hoeven de fiscus geen informatie over derden te verstrekken als dat in strijd is met hun ambtelijke geheimhoudingsplicht. Zij hebben een verschoningsrecht.

 

Administratieplicht

Bedrijven zijn daarnaast ook administratieplichtig. Zij moeten daardoor een administratie voeren die voldoende inzicht geeft in onder andere de fiscale positie van de onderneming. Een ambtenaar van de Belastingdienst kan bij een controle om inzage in de administratie vragen. Administratieplichtigen moeten in beginsel aan dit verzoek voldoen. Zij moeten zelfs toestaan dat de controleur kopieën van de administratie maakt. Het is aan te raden de door de controleambtenaar gewenste kopieën zelf te maken en daarbij exact te registreren welke gegevens en kopieën aan de controleambtenaar zijn verstrekt. Zo kunt u bijhouden waar de medewerker van de Belastingdienst zich mee bezig houdt. Administratieplichtigen zijn ook verplicht de ambtenaar inzage te geven in de opzet en werking van hun administratie, zodat de controle binnen een redelijke termijn kan gebeuren.

Gesplitste administratie

Wie niet zijn hele administratie aan de controleur wil geven, doet er goed aan een gesplitste administratie bij te houden. Het ene deel bevat dan informatie die de controleur mag inzien en het andere deel informatie die hij links kan en moet laten liggen. Een Noorse holding, die haar administratie bijhield op een server die zij met andere bedrijven deelde, had geen splitsing gemaakt. Toen de Noorse belastingdienst een controle hield, vroeg de controleur om een kopie van alle gegevens op de server. De holding weigerde eerst, maar moest uiteindelijk van de belastingrechter toch een back-up maken en overhandigen. De holding bracht de zaak vervolgens voor het Europese Hof van de Rechten voor de Mens. Het Hof constateerde dat de Noorse fiscus het Europees recht niet had geschonden. De controle was een jaar van tevoren aangekondigd, zodat de holding maatregelen had kunnen nemen. Bovendien waren na de controle de digitale gegevens op de back-up gewist en de papieren kopieën vernietigd.

Relevante informatie

De bevoegdheid van de fiscus om informatie op te vragen is echter niet oneindig. De gevraagde informatie moet van belang kunnen zijn voor de heffing of invordering van belastingen. Een informatieverzoek mag dus slechts zien op fiscaal relevante informatie. De grenzen van de informatiebevoegdheid zijn echter zeer ruim. Dit komt omdat de betekenis van bepaalde gegevens vaak alleen valt te bepalen aan de hand van hun onderlinge samenhang. Overigens mag men wel informatie of gegevens weigeren als de fiscus deze alleen vraagt om een boete op te kunnen leggen.

Behoorlijk gedrag van de fiscus

Bij zijn verzoek om inlichtingen moet de controleur zich wel redelijk opstellen. Hij mag het de belastingplichtige niet te moeilijk maken om te voldoen aan de informatieverplichting. De fiscus is daarbij gebonden aan de algemene beginselen van behoorlijk bestuur.

(Bron: Taxence)

Een ‘Verklaring Arbeidsrelatie’, vaak afgekort tot VAR, wordt aangeraden voor iedereen die niet in loondienst is, maar werkzaamheden uitvoert voor één of meerdere opdrachtgevers. De VAR moet u ieder jaar opnieuw aanvragen bij de Belastingdienst. Hoe dit in zijn werk gaat – en wat het verschil is tussen de vier VAR-verklaringen, leest u in de checklist: VAR-verklaring aanvragen.

1. Waarom bestaan er verschillende VAR-varianten?

Dat is eigenlijk vrij logisch als je bedenkt hoezeer het werk van freelancers onderling van elkaar kan verschillen. Het gaat daarbij niet eens zozeer om de verschillende branches waarin mensen werkzaamheden kunnen uitvoeren op freelancebasis, maar eerder om het feit dat je bijvoorbeeld ZZP’er of hybride ondernemer kunt zijn. Of u voor de inkomstenbelasting wordt beschouwd als ondernemer en recht heeft op een Var-wuo (winst uit onderneming), bepaalt de fiscus. Omdat er in een jaar veel kan veranderen, moet u in ieder geval in de eerste drie jaar een nieuwe VAR-verklaring aanvragen. Er zijn vier verschillende varianten:

  • VAR-wuo: winst uit onderneming
  • VAR-dga: werkzaamheden voor een vennootschap
  • VAR-row: resultaat uit overige werkzaamheden
  • VAR-loon: inkomsten uit een dienstbetrekking

 

Als ZZP’er bent u in de meeste gevallen vooral gebaat bij een VAR-wuo of een VAR-dga. Hiermee garandeert u uw opdrachtgevers namelijk dat zij geen premies en loonheffingen hoeven te betalen, omdat de Belastingdienst uw inkomsten ziet als winst uit onderneming.

2. Wat is het doel?

Een VAR-verklaring is een zekere vorm van houvast. Voor de opdrachtnemer, maar met name voor de opdrachtgever. Een VAR geeft opdrachtgevers namelijk een mate van zekerheid dat zij achteraf niet zomaar kunnen worden aangeslagen voor loonbelastingen en premies. Een VAR-verklaring is niet verplicht – u kunt als freelancer dus ook prima werkzaamheden uitvoeren zonder een geldige VAR op zak maar het komt steeds vaker voor dat opdrachtgevers u om zo’n verklaring vragen, zeker wanneer zij twijfelen aan de aard van de arbeidsrelatie.

3. Hoe vraag ik een VAR-verklaring aan?

U kunt een VAR-verklaring op verschillende manieren aanvragen. Schriftelijk – door het aanvraagformulier (PDF-bestand) hier te downloaden – of digitaal op de website van de Belastingdienst. Op dit formulier vult u uw persoonlijke gegevens in en moet u een aantal vragen beantwoorden op verschillende gebieden. Hiermee probeert de Belastingdienst een goed beeld te krijgen van uw werkzaamheden, zodat u uiteindelijk de juiste VAR krijgt toegewezen. Hierbij moet u denken aan vragen als:

  • Wat voor werk doet u?
  • Hoeveel uur verwacht u eraan te besteden?
  • Hoeveel opdrachtgevers verwacht u te hebben?
  • Bent u ingeschreven bij de Kamer van Koophandel?
  • Hebt u personeel in dienst?
  • Hoe beoordeelt u zelf de inkomsten uit de VAR-werkzaamheden in het jaar
  • waarvoor u de verklaring aanvraagt?

 

4. Ik ben starter en heb nog vrij weinig opdrachtgevers. Ziet de Belastingdienstmij dan wel als volwaardig ondernemer?

Veel startende ondernemers vrezen dat het aantal klanten en opdrachtgevers van grote invloed is op het type VAR dat zij door de fiscus krijgen toegewezen. Hoewel het aantal opdrachtgevers wel kan meespelen bij deze beslissing, zal dit criterium in de meeste gevallen niet leidend zijn. De Belastingdienst kijkt eerder naar het totaalbeeld en houdt bijvoorbeeld rekening met uw werkzaamheden. Het gaat vooral om het ondernemersrisico. Hierbij wordt door de fiscus rekening gehouden met het feit dat u als zelfstandige werkt voor eigen rekening en risico (bij ziekte krijgt u bijvoorbeeld niet automatisch doorbetaald, zoals bij een vaste baan het geval is).

Omdat u bij het aanvragen van de verklaring de verwachtingen voor het komende jaar opgeeft, denken sommige starters het oordeel van de Belastingdienst te beïnvloeden door een hoog aantal verwachte opdrachtgevers op te geven. De fiscus prikt echter zo door dit soort optimistische voorspellingen heen. Wees liever gewoon eerlijk. Een freelance projectmanager die gedurende een jaar maar voor één of twee opdrachtgevers werkzaam is, kan nog steeds recht hebben op een VAR-wuo.

5. Hoe lang is een VAR-verklaring geldig?

Zoals gezegd is een VAR-verklaring maximaal één jaar geldig. Voor het nieuwe kalenderjaar kunt u vanaf 1 september een nieuwe VAR aanvragen. U ontvangt de (nieuwe) VAR-verklaring vrij snel (meestal binnen vijf werkdagen) en uiterlijk binnen twee maanden. Om te voorkomen dat u begin januari zonder een geldige VAR zit en daardoor opdrachten misloopt, is het desalniettemin verstandig om de nieuwe VAR altijd ruim op tijd aan te vragen.

6. Wanneer ontvang ik automatisch een nieuwe VAR?

Als u in de voorgaande drie jaar ook al een VAR heeft aangevraagd en uw status onveranderd is gebleven (u bent bijvoorbeeld niet van een VAR-row naar VAR-wuo geswitcht), hoeft u dat voor het vierde jaar niet nog eens actief te doen. In dat geval valt de nieuwe VAR automatisch tijdig bij u thuis op de deurmat. Overigens moet u daarvoor wel aan meer voorwaarden voldoen: zo moet u steeds een VAR voor hetzelfde type werk hebben aangevraagd, de opdrachten steeds onder vergelijkbare omstandigheden hebben uitgevoerd ende Belastingdienst mag de VAR’s in de tussentijd niet hebben herzien.

Indien er in uw situatie wel wijzigingen zullen plaatsvinden of deze in het afgelopen kalenderjaar hebben plaatsgevonden (bijvoorbeeld in uw werkzaamheden of de omstandigheden waaronder u werkt), moet u dit altijd zo spoedig mogelijk doorgeven aan de Belastingdienst. Dit doet u door een brief te sturen naar het Coördinatiepunt VAR in Groningen:

Belastingdienst/Noord/Coördinatiepunt VAR

Postbus 418

9700 AK Groningen

(Bron: Ikgastarten)

Reeds eerder is er op deze site een bericht verschenen met de eisen die de belastingdienst stel aan een onderneming. Het is goed om nog eens wat extra concrete indicaties te geven wanneer u ondernemer bent voor de inkomstenbelasting. Let wel de onderstaande indicaties zijn niet limitatief en bovendien kan er in specifieke gevallen soms toch net wel of net niet sprake van een onderneming zijn. Onderstaande lijst biedt echter houvast om inhoudelijk te beoordelen of je ondernemer bent voor de inkomstenbelasting of niet:

  • Ingeschreven bij kamer van koophandel
  • Zakelijke bankrekening
  • BTW nummer
  • Eigen briefpapier, internetsite, vermelding als ondernemer
  • Meerdere opdrachtgevers (bij voorkeur)
  • VAR Verklaring als een doorgenomen en wellicht aangevraagd (www.belastingdienst.nl). Een dergelijke verklaring is een must voor ondernemer en opdrachtgever.
  • Bedrijfs- of businessplan opgegsteld
  • Zijn er algemene voorwaarden
  • Is het kapitaal in het bedrijf van enige omvang
  • Is de verwachte omzet de laatste 12 maanden van enige omvang, zeg 20.000 euro of meer
  • Wordt er geinvesteerd in de onderneming, zeg ongeveer 2.500 per jaar
  • Wordt er ongeveer 20 uur per week aan de onderneming besteed
  • Is er een arbeidsongeschiktheidsverzekering
  • Is er een beroepsaansprakelijkheidsverzekering
  • Is er een bedrijfsschadeverzekering
  • Loopt de ondernemer debiteuren risico
  • Wordt de ondernemer ook betaald bij ziekte
  • Loopt de ondernemer ondernemersrisico

 

Lang niet iedereen die ondernemer wil zijn, is ondernemer voor de inkomstenbelasting. Als uw activiteiten zich afspelen in het economisch verkeer en als u winst kunt verwachten, is er sprake van een bron van inkomen en bent u mogelijk ondernemer voor de inkomstenbelasting. Als uw activiteiten zich afspelen binnen de hobby- of familiesfeer, bent u geen ondernemer voor de inkomstenbelasting.

Voor de inkomstenbelasting zijn er 3 bronnen van inkomen:

  • winst uit onderneming
  • loon uit dienstbetrekking
  • resultaat uit overige werkzaamheden

Onder welke bron uw inkomsten vallen, is afhankelijk van een aantal factoren. De wet en de rechtspraak stellen bepaalde eisen waaraan ondernemers moeten voldoen. Na uw aanmelding beoordelen wij aan de hand van uw omstandigheden of u aan die eisen voldoet. De belastingdienst let bijvoorbeeld op:

  • Maakt u winst? Zo ja, hoeveel? Als u alleen een heel kleine winst hebt of
    structureel verlies lijdt, is het niet aannemelijk dat u winst gaat maken. Er is  dan geen sprake van een onderneming.
  • Hoe zelfstandig is uw onderneming? Als anderen bepalen hoe u uw
    onderneming moet inrichten en hoe u uw werkzaamheden uitvoert, ontbreekt de zelfstandigheid en is er meestal geen sprake van een onderneming.
  • Beschikt u over kapitaal (in de vorm van geld)? Kapitaal is voor veel ondernemingen noodzakelijk. U moet investeren in bijvoorbeeld reclame, inhuur  van mensen en verzekeringen. Voldoende kapitaal om een onderneming te starten en enige tijd draaiende te houden, wijzen erop dat u mogelijk een onderneming hebt.
  • Hoeveel tijd steekt u in uw werkzaamheden? Als u erg veel tijd aan een activiteit besteedt zonder dat dat rendement oplevert, is er meestal geen sprake van een onderneming. U moet daarentegen wel voldoende tijd aan uw werkzaamheden besteden om deze rendabel te maken.
  • Wie zijn uw opdrachtgevers? U streeft ernaar meerdere opdrachtgevers te hebben, onder andere om betalings- en continuïteitsrisico’s te verminderen. Wanneer u meerdere opdrachtgevers hebt, neemt uw afhankelijkheid van een of enkele opdrachtgevers af en neemt uw zelfstandigheid toe. Als uw klantenkring echter voornamelijk uit uw familie en vrienden bestaat, wordt u niet als ondernemer aangemerkt.
  • Hoe maakt u uw onderneming bekend naar buiten? U bent voor uw bestaan afhankelijk van opdrachtgevers. Om ondernemer te zijn, moet u zich voldoende kenbaar maken, bijvoorbeeld door reclame, een internetsite, een uithangbord of eigen briefpapier.
  • Loopt u ondernemersrisico? Bestaat er een kans dat uw opdrachtgevers niet betalen? Gebruikt u uw goede naam voor de uitoefening van uw werkzaamheden? Bent u afhankelijk van de vraag naar en het aanbod van uw producten en diensten? Loopt u ondernemersrisico, dan hebt u waarschijnlijk een onderneming.
  • Bent u aansprakelijk voor de schulden van uw onderneming? Als u aansprakelijk bent voor de schulden van uw onderneming, dan bent u ondernemer.

Let op!

Als u voor de inkomstenbelasting geen ondernemer bent, kunt u toch ondernemer zijn voor de omzetbelasting.

(Bron: Belastingdienst geplaats op kennisbank 1-11-2011)

De Verklaring Arbeidsrelatie (VAR) is een belangrijk document in de praktijk. Het geeft u vooraf duidelijkheid hoe u een ingehuurde ZZP’er fiscaal moet behandelen. Er zijn vier soorten VAR-verklaringen. Dit zijn de volgende: VAR Winst uit onderneming (VAR-WUO), VAR Resultaat uit overige werkzaamheden (VAR-RUO), VAR Inkomsten uit werkzaamheden voor de vennootschap (VAR-DGA), VAR Loon uit dienstbetrekking (VAR LOON). Het verdiend de voorkeur dat u een ZZP’er inhuurt met een VAR WUO of VAR DGA. Dan loopt u namelijk de minste fiscale risico’s.

 

Als u een ZZP’er inhuurt dan dient u de volgende zaken te controleren: U dient een kopie op te nemen van de VAR in uw administratie (Dit dient bij voorkeur een VAR-DGA of VAR-WUO te zijn). U dient de identiteit vast te stellen aan de hand van een paspoort of een ID-bewijs, hiervan neemt u een kopie op in uw administratie (vergeet bij het ID-bewijs de achterzijde niet te kopiëren). U moet controleren dat u een VAR krijgt voor de correcte soort werkzaamheden. Dus komt iemand tegelzetten, dan moet dat ook op zijn VAR staan en niet een ander soort werkzaamheid. Bovendien moet u erop letten dat de werkzaamheden verricht worden binnen de geldigheidsduur van de VAR.

Een VAR is namelijk hoogstens maar één kalenderjaar geldig. Heeft u twijfels over VAR of huurt mensen uit het buitenland in met een VAR dan is het verstandig om de geldigheid telefonisch te checken bij het landelijk coördinatiepunt VAR van de belastingdienst 088-1511000. Laat de belastingdienst dan bij voorkeur de geldigheid schriftelijk bijvoorbeeld per e-mail aan u bevestigen.

Onderstaand een overzicht van de soorten VAR-verklaringen:

 

Soort VAR Gevolgen voor de opdrachtnemer Gevolgen voor de opdrachtgever
Loon uit dienstbetrekking U kunt uw opdrachtgever geen zekerheid geven over het inhouden en afdragen
van loonheffingen.
De opdrachtgever moet zelf toetsen of er sprake is van een (fictieve)
dienstbetrekking.
Resultaat uit overige werkzaamheden U kunt uw opdrachtgever geen zekerheid geven over het inhouden en afdragen
van loonheffingen.
De opdrachtgever moet zelf toetsen of er sprake is van een (fictieve)
dienstbetrekking.
Winst uit onderneming U kunt uw opdrachtgever de zekerheid geven dat hij geen loonheffingen hoeft
in te houden. Als u de VAR-wuo gebruikt, bent u niet verzekerd voor de
werknemersverzekeringen en kunt u geen beroep doen op een uitkering op basis van
een van deze verzekeringen.
De opdrachtgever hoeft geen loonheffingen in te houden en af te dragen.
Voorwaarden zijn wel dat:

  • de werkzaamheden op de VAR overeenkomen met de werkzaamheden die u voor de
    opdrachtgever verricht
  • de werkzaamheden binnen de geldigheidsduur van de VAR worden verricht
  • de opdrachtgever uw identiteit heeft vastgesteld
  • de opdrachtgever kopieën van uw identiteitsbewijs en de VAR bij zijn
    administratie bewaart
Inkomsten uit werkzaamheden voor rekening en risico van uw
vennootschap
U kunt uw opdrachtgever de zekerheid geven dat hij geen loonheffingen hoeft
in te houden. Als u de VAR-dga gebruikt, bent u niet verzekerd voor de
werknemersverzekeringen en kunt u geen beroep doen op een uitkering op basis van
een van deze verzekeringen.Let op!De VAR zegt niets over uw arbeidsrelatie met uw vennootschap
of een vennootschap waarin u een aanmerkelijk belang hebt.
De opdrachtgever hoeft geen loonheffingen in te houden en af te dragen.
Voorwaarden zijn wel dat:

  • de werkzaamheden op de VAR overeenkomen met de werkzaamheden die u voor de
    opdrachtgever verricht
  • de werkzaamheden binnen de geldigheidsduur van de VAR worden verricht
  • de opdrachtgever uw identiteit heeft vastgesteld
  • de opdrachtgever kopieën van uw identiteitsbewijs en de VAR bij zijn
    administratie bewaart. De VAR geeft uw opdrachtgever geen vrijwaring van een
    mogelijke aansprakelijkheid op grond van een inleners- of ketenaansprakelijkheid
    als uw vennootschap in gebreke blijft met de afdracht van de loonheffingen (en
    omzetbelasting) die verschuldigd is over de uitgevoerde
    werkzaamheden