All posts in Nieuws voor het MKB(BV), juridisch, ondernemingsrecht (exclusief jaarrekeningrecht)

Vanaf 1 januari 2024 wordt het mogelijk om volledig digitaal een bv op te richten. Er is daarbij geen fysieke tussenkomst van een notaris meer nodig. Het platform waar dit geregeld kan worden was al een tijd klaar. Het wachten was op goedkeuring van de wet en het bekend worden van de datum voor het eerste gebruik.

Betrouwbaarheid

Het digitaal oprichten van een bv betekent concreet dat alle procedures digitaal verlopen. Het opstellen van de notariële aktes, de identificatie en ondertekening verlopen dus volledig digitaal. Om fraude tegen te gaan zullen hierbij de hoogste betrouwbaarheidsniveaus worden toegepast.

Europese richtlijn

Het digitaal op kunnen richten van een bv vloeit voort uit een Europese richtlijn gericht op het eenvoudiger oprichten van een bv. Notarissen zullen worden voorbereid op de komende wijzigingen – cursussen, bijeenkomsten en een kennisbank – om zo ook hun cliënten te kunnen helpen bij het digitaal oprichten van een bv. 

(De Jong en Laan)

De strengere regels voor zogeheten turboliquidaties van bv’s gelden vanaf 15 november 2023, zo heeft het kabinet bekendgemaakt. Ondernemers die hun bv op turbosnelheid willen opheffen, moeten door deze wet méér informatie aanleveren bij schuldeisers.

De wet die de strengere regels invoert, is al enkele maanden geleden aangenomen door de Tweede en Eerste Kamer. Nu is het starttijdstip ook vastgelegd in het Staatsblad: 15 november 2023. Het gaat om een tijdelijke wet, die in principe 2 jaar geldt, maar wel verlengd kan worden. De wet heeft geen terugwerkende kracht gekregen, dus de nieuwe regels gelden pas voor turboliquidaties die vanaf 15 november plaatsvinden.

Turboliquidatie scheelt veel tijd bij opheffing

Een ondernemer die een faillissement niet wil afwachten, of bijvoorbeeld geen activiteiten meer heeft in een werk-bv, kan die bv zelf opheffen. Met een turboliquidatie kan een bv worden opgeheven zodra er geen baten (bezittingen) meer zijn. Dat is – nu nog – een kwestie van een formulier invullen en de bv houdt op te bestaan. Dat gaat dus veel sneller dan de reguliere liquidatieprocedure, waarbij het bestuur bijvoorbeeld een financieel overzicht moet opstellen en een plan om het resterende vermogen te verdelen.
Een turboliquidatie scheelt een ondernemer dus tijd en geld bij de opheffing, maar het is voor schuldeisers een vrij ondoorzichtig proces. De onderneming die een turboliquidatie in gang zet, hoeft dat namelijk niet te laten weten. Dus de bv waarvan deze schuldeisers nog geld tegoed hebben, is van de één op de andere dag verdwenen. En als de schuldeisers daar per toeval achter komen, is het vaak al te laat om nog werk te maken van hun vordering.

Bestuur moet financiële informatie delen

Met de nieuwe wet wil het kabinet wat doen aan die ondoorzichtige situatie. De wet schrijft onder meer voor dat bestuurders binnen 14 dagen na een turboliquidatie financiële informatie moeten deponeren in het Handelsregister. Dat gaat om de balans, een staat van baten en lasten en jaarrekeningen. Ook moet het bestuur beschrijven waarom er geen baten meer waren in de bv en eventueel hoe het vermogen eerder is verdeeld. Bovendien moet het bestuur schuldeisers ‘onverwijld’ informeren dat deze stukken zijn gedeponeerd.

(Bron: Rendement)

Sinds 27 september 2020 moeten organisaties ervoor zorgen dat zij een juiste en volledige registratie bij de Kamer van Koophandel bijhouden van hun uiteindelijk belanghebbenden ofwel Ultimate Beneficial Owners (UBO). Deze regelgeving is ingevoerd ter bestrijding en voorkoming van fraude en witwassen.

Wie zijn verplicht om de UBO-registratie bij te houden?

  • Besloten vennootschappen en naamloze vennootschappen; met uitzondering van de beursgenoteerde vennootschappen
  • Stichtingen
  • Commanditaire vennootschappen, vennootschappen onder firma, maatschappen en rederijen
  • Coöperaties en onderlinge waarborgmaatschappijen;
  • Verenigingen; met uitzondering van de verenigingen van eigenaren en verenigingen met beperkte rechtsbevoegdheid die geen onderneming drijven;
  • Kerkgenootschappen die een brief krijgen van de Kamer van Koophandel.

Wie zijn de UBO’s van de organisatie?

Als uw organisatie onder de bovengenoemde rechtsvormen past, bent u verplicht om UBO’s te registreren. U moet bepalen wie de UBO’s van de organisatie zijn. Let op, een UBO is altijd een natuurlijk persoon.

Bij de besloten vennootschap en naamloze vennootschap zijn dit:

  • de natuurlijke personen die direct of indirect (bijvoorbeeld via een tussenholding) meer dan 25% van de aandelen houden;
  • de natuurlijke personen die direct of indirect meer dan 25% stemrecht en/of zeggenschap hebben;
  • de natuurlijke personen die meer dan 25% economisch belang hebben bij de organisatie, zoals certificaathouders.

Als geen van bovenstaande belangen een rol speelt, dan schrijft u de statutaire bestuurders in als UBO.

Bij de stichting, de commanditaire vennootschap, de vennootschap onder firma, de maatschap, de rederij, de vereniging, de coöperatie en de onderlinge waarborgmaatschappij zijn de UBO’s:

  • de natuurlijke personen die direct of indirect recht hebben op meer dan 25% van het vermogen van de organisatie;
  • de natuurlijke personen die direct of indirect meer dan 25% stemrecht en/of zeggenschap hebben;
  • de natuurlijke personen die op een andere manier (feitelijke) zeggenschap hebben, zoals financierders;

Als geen van de bovenstaande belangen een rol speelt, dan schrijft u de hoger leidinggevende in als UBO. Dit kunnen de statutaire bestuurders, vennoten, maten of leden van de rederij zijn.

Wanneer moet u de UBO’s registreren?

Als uw organisatie net opgericht is, moet u uw organisatie de UBO’s registeren bij de eerste inschrijving in het handelsregister. Wijzigingen en uitschrijvingen van UBO’s van de organisatie moet u binnen 7 dagen laten aanpassen in het register bij de Kamer van Koophandel.

Wie is verantwoordelijk voor de registratie?

Uw organisatie is zelf verantwoordelijk voor de registratie van de UBO’s. Dit houdt in dat de bestuurders of de eigenaren van uw organisatie de verantwoordelijk zijn voor een juiste en volledige registratie.

Zijn deze gegevens toegankelijk voor iedereen?

Sinds november 2022 is het UBO-register slechts nog toegankelijk voor bevoegde autoriteiten, zoals het Openbaar Ministerie en Financiële Inlichtingen Eenheid naar aanleiding van een uitspraak van het Hof van Justitie. Het UBO-register is dus niet meer toegankelijk voor iedereen.

Wat gebeurt er als een organisatie zijn UBO’s niet registreert?

Het niet tijdig registreren van de UBO’s van de organisatie of opzettelijk verkeerde informatie registeren in het UBO register is verboden. De Belastingdienst houdt het toezicht hierop en kan handhaven als een organisatie zich niet houdt aan deze verplichting en kan een boete of een last onder dwangsom op leggen. Als een organisatie opzettelijk verkeerde informatie heeft geregistreerd, kan er ook strafrechtelijke handhaving worden opgelegd.

(Bron: ABAB)

Het kabinet komt met de “Tegemoetkoming Energiekosten energie-intensief MKB (TEK)” energie-intensieve bedrijven tegemoet. De regeling biedt een compensatie van 50% van de energiekostenstijging boven een vastgestelde drempelprijs. Het kabinet wil hiermee de stijging van de energienota door de torenhoge energieprijzen drukken. Ook agrarische bedrijven kunnen gebruik maken van deze regeling.

Voorwaarden TEK-regeling

Om in aanmerking te komen voor TEK moet je aan de volgende voorwaarden voldoen:

  • Je onderneming voldoet aan de Europese mkb-definitie. Met behulp van de Mkb-toets kan je toetsen of je hieraan voldoet
  • Je onderneming staat ingeschreven bij het Handelsregister
  • Je onderneming is een energie-intensieve mkb-onderneming, waarbij minimaal 7% van de omzet bestaat uit energiekosten (energie-intensiteiteis).
  • Je onderneming heeft minder dan 250 werknemers en een jaaromzet van minder dan € 50 miljoen

Aanvullende subsidievoorwaarden

  • Tegemoetkoming die ontvangen is door het prijsplafond worden in minder gebracht op jouw TEK-subsidie. Dit geldt ook voor de € 190 die je in november en december heeft ontvangen van jouw energieleverancier.
  • Als je energie terug levert aan het net, dan wordt dit van jouw verbruik afgehaald.

Hoe wordt berekend of jij aan de energie-intensiteitseis voldoet?

De bepaling gaat als volgt:

  • Je krijgt een schatting van jou jaarverbruik van je netbeheerder, het standaard jaarverbruik (SJV) in m3 en de standaard jaarafname (SJA) in KwH.
  • Je rekent met een gemiddelde prijs van energie, de zogeheten modelprijs van het 4e kwartaal van 2022. Deze modelprijs wordt door het CBS vastgesteld.

Is je boekjaar niet gelijk aan het kalenderjaar 2022? Later wordt bekend welke omzetgegevens je kunt gebruiken voor het berekenen van de intensiteitstoets.

Verbruik
Je energieverbruik wordt vastgesteld aan de hand van het standaard jaarverbruik (SJV) en de standaard jaarafname (SJA). De peildatum voor deze gegevens is 1 januari 2023. Het SJV en de SJA zijn een schatting van je energieverbruik in de komende 12 maanden. Deze schatting is onder meer gebaseerd op je verbruik in het verleden, over een langere periode. Deze cijfers ontvangt RVO van uw netbeheerder.

Modelprijs 2022
Je energiekosten worden gebaseerd op de gemiddelde energietarieven voor gas en elektra voor consumenten van het 4e kwartaal van 2022. Dit is de modelprijs voor het jaar 2022. Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) berekent de modelprijs en maakt deze naar verwachting in januari 2023 bekend.

Omzet
Je omzet wordt gebaseerd aan de hand van omzetgegevens over het jaar 2022 uit je aangiften omzetbelasting. Voor de meeste bedrijven geldt dat deze gegevens uiterlijk 31 januari 2023 beschikbaar zijn gesteld aan de Belastingdienst. Daarna stuurt de Belastingdienst deze gegevens aan RVO door.

Subsidiebasis

  • U ontvangt maximaal € 160.000 subsidie (per groep verbonden ondernemingen). Omdat deze tegemoetkoming onder de Europese staatssteunregels valt, kijken we naar het totaalbedrag per onderneming, niet per energiecontract of per locatie.
  • U ontvangt alleen subsidie als de modelprijs van 2023 hoger is dan € 1,19/m³ voor gas en € 0,35/kWh voor elektriciteit. Deze tarieven noemen we de drempelprijs.
  • Over de energiekosten boven de drempelprijs wordt 50% subsidie verleend. Dit bedrag is exclusief btw.
  • Voor TEK gelden maximum bedragen per m3 gas en KwH elektriciteit*.

RVO rekent met een maximale prijs. Voor gas is dit € 2,00, bestaande uit € 3,19 (maximale bedrag) – € 1,19 (minimale bedrag) per m3. Voor elektriciteit is dit € 0,60, bestaande uit € 0,95 (maximale bedrag) – € 0,35 (minimale bedrag) per kWh. De tegemoetkoming bedraagt maximaal 50% van deze maximale bedragen. Dus 50% van € 2,00 = € 1,00 en 50% van € 0,60 = € 0,30.

Betaal je nu meer dan € 3,19 per m3 gas? Je ontvangt dan nooit meer dan € 2,00 per m3. Betaal je minder dan € 3,19 per m3 gas? Dan wordt gerekend met het bedrag dat je daadwerkelijk betaalt.

Hetzelfde geldt voor elektriciteit, betaal je meer dan € 0,95 aan elektriciteit? Je ontvangt nooit meer dan € 0,60 per KwH. Betaal je minder dan € 0,95 per KwH? Dan wordt ook hier gerekend met het bedrag dat je daadwerkelijk betaalt.


Hoeveel subsidie kun je nu ontvangen?

Om je TEK-subsidie te berekenen, maak je gebruik van modelprijzen. Omdat deze prijzen nog niet vaststaan betekent dit dat RVO vooraf niet met zekerheid kan bepalen hoeveel subsidie je ontvangt. Daarom wordt er een voorschot berekend en uitbetaald.


Aanvragen TEK-regeling

De opstelling is naar verwachting in het 1e kwartaal, dit is in tegenstelling met de eerdere berichten vervroegd. Zodra TEK opent, vraag je met terugwerkende kracht aan over de periode november 2022 tot met december 2022. Je dient 1 aanvraag in over de hele periode.

(Bron: Alfa)

Naar aanleiding van de uitspraak van het Hof van Justitie EU zijn per 22 november 2022 de gegevens van UBO (Ulitimate Beneficial Owners/uitendelijke belanghebbenden) niet langer openbaar beschikbaar bij de Kamer van Koophandel. Dit in afwachting van een analyse van de uitspraak door de minister van financiën Sigrid Kaag. Op 20 januari 2023 heeft minister van financiën Sigrid Kaag de Tweede kamer over de gevolgen van de uitspraak voor het Nederlandse UBO-register geïnformeerd.

Analyse uitspraak

In de uitspraak stond de verplichte openbaarheid van bepaalde gegevens van UBO’s centraal. Het doel van deze UBO-maatregel is onder andere het witwassen van geld en de financiering van terrorisme voorkomen, doordat in het UBO-register kan worden nagaan wie uiteindelijk belanghebbende is in een organisatie.

Op basis van de vijfde Europese anti-witwasrichtlijn (AMLD5) moet toegang worden gegeven tot de UBO-gegevens aan ieder lid van de bevolking. Het toegang geven tot de UBO-gegevens aan elk lid van de bevolking is echter door het Hof van Justitie EU als niet evenredig beoordeeld met het nagestreefde doel. De consequentie hiervan is dat teruggevallen dient te worden op de vierde Europese anti-witwasrichtlijn (AMLD4). Deze richtlijn schrijft voor dat enkel toegang dient te worden gegeven tot bepaalde UBO-gegevens aan de volgende partijen:

  • Bevoegde autoriteiten en Financial Intelligence Units (FIU’s), zonder enige beperking;
  • Meldingsplichtige instellingen, in het kader van het cliëntenonderzoek dat zij moeten verrichten;
  • Personen en organisaties die een legitiem belang kunnen aantonen.

Gevolgen voor het Nederlandse UBO-register

Vanwege de uitspraak van het Hof van Justitie EU van 22 november 2022 lijkt de Nederlandse wet nu ook als niet evenredig te kunnen worden beoordeeld met het nagestreefde doel. In Nederland had namelijk ook iedereen toegang tot de UBO-gegevens. In de brief aan de Tweede Kamer wordt aangegeven dat spoedig een wetsvoorstel zal worden opgesteld waarbij de toegang tot de UBO-gegevens wordt beperkt tot de in de vierde Europese anti-witwasrichtlijn genoemde partijen. De toegang voor de bevoegde autoriteiten en de FIU’s en de meldingsplichtige instellingen wordt zo spoedig mogelijk hersteld.

Voor de groep personen en organisaties die een legitiem belang kunnen aantonen is het complexer om te beoordelen of recht bestaat tot toegang tot de gegevens. Er wordt gedacht aan een lijst met objectieve indicatoren. Aan de hand van deze lijst kan dan worden beoordeeld of sprake is van een legitiem belang en daarmee toegang tot de UBO-gegevens.

Verplichting inschrijving UBO’s

Ongeacht de uitspraak van het Hof van Justitie EU en het niet langer openbaar beschikbaar zijn van de UBO-gegevens, blijft het verplicht om de UBO’s in te schrijven in het UBO-register.

Gevolgen voor u als ondernemer

Voorheen waren de UBO-gegevens voor iedereen, tegen betaling, op te vragen bij de Kamer van Koophandel. Sinds de uitspraak van het Hof van Justitie EU is deze openbare toegang voorlopig ingetrokken.

(Bron: Van Oers)

Heeft u een bedrijfspand en weet u eigenlijk wat de regels zijn rondom het energielabel dat daarbij hoort? Grofweg alle kantoorgebouwen moeten voor 1 januari 2023 minimaal beschikken over energielabel C. Is het bij u nog niet gelukt en moet uw bedrijf hier nog aan beginnen? Dan bent u niet de enige. 60% van de eigenaren van een kantoorpand heeft dit label niet of weet niet precies wat het energielabel van zijn kantoorpand eigenlijk is. Waarom is nu handelen dan zo belangrijk? En welke voordelen levert het op u op als u de sprong maakt naar energielabel C of hoger?

Per 1 januari 2023 energielabel C voor elk kantoorpand

De Nederlandse overheid verplicht alle eigenaren van kantoorpanden die een lager energielabel hebben dan C om verduurzamingsstappen te nemen. Wat zijn de gevolgen als u hier niet aan voldoet?

  • In het ergste geval riskeert u een boete, terwijl de overheid in het uiterste geval kan beslissen dat het pand moet sluiten.
  • Als u niet voldoet aan de duurzaamheidsregels moet de accountant een paragraaf in het jaarverslag opnemen die dit vastlegt, indien er een verplichting tot opstellen van het jaarverslag bestaat.
  • Een grote investering kan leiden tot een piek in de liquiditeitsbehoefte, waardoor de reguliere bedrijfsvoering in gevaar kan komen.
  • Een grote investering heeft ook invloed op de dagelijkse bedrijfsvoering.

Wat zijn de meest gestelde vragen van ondernemers?

  • Waarom moet u nu beginnen met verduurzamen?
  • Op welke manieren kunt u uw kantoorgebouw verduurzamen?
  • Welke energieverduurzamingsregelingen zijn er?
  • Welk scenario past bij uw businessmodel?

In drie stappen naar een energielabel C-proof kantoorpand

U kunt eerst controleren of uw pand voldoet aan het energielabel. Eventueel kunt u onderstaand stappenplan doorlopen.

Fase 1: Oriënterende fase 

  • Complete energielabelcheck.
  • Vastleggen van de te nemen maatregelen.
  • Doorrekenen van verschillende scenario’s.

Fase 2: Subsidie aanvragen 

  • Bepalen van de beste subsidie voor uw doel.
  • Aanvullende financiering regelen.

 Fase 3: Uitvoeringsfase 

  • Opstellen van bouw-en installatieplannen.
  • Aanvragen van vergunningen en het uitvoeren van bouwbegeleiding.
  • Regelen van de financieringsaanvraag.

Voorkom faillissement met Wet homologatie onderhands akkoord (WHOA)

Categories: Nieuws, Nieuws voor het MKB (BV), Nieuws voor het MKB(BV), juridisch, ondernemingsrecht (exclusief jaarrekeningrecht)
Reacties uitgeschakeld voor Voorkom faillissement met Wet homologatie onderhands akkoord (WHOA)

Veel ondernemers worden financieel geraakt door huidige onzekerheid in de economie en de maatregelen vanuit de overheid om de verspreiding van het coronavirus te beperken. Helaas blijken de steunmaatregelen lang niet altijd toereikend voor ondernemers om aan alle financiële verplichtingen te blijven voldoen. Voor ondernemers in zwaar financieel weer, is er sinds 1 januari 2021 een interessante wet in werking getreden: de Wet Homologatie Onderhands Akkoord (WHOA). Deze maakt het mogelijk een faillissement te voorkomen door tot een akkoord te komen met een gedeelte van de schuldeisers. In deze column vertellen wij u meer over de wijzigingen die de WHOA met zich meebrengt en de werkwijze van de WHOA.

Geen akkoord van alle schuldeisers nodig door WHOA

Tot 1 januari 2021 kon een ondernemer die in financieel zwaar weer verkeerde slechts een akkoord bereiken met zijn schuldeisers als alle schuldeisers het hierover eens waren. Hiermee had iedere schuldeiser feitelijk een prikkel om instemming te weigeren om mogelijk een betere positie voor zichzelf te creëren. Indien één schuldeiser dwars ging liggen, kon dit al leiden tot een faillissement.

Sinds de invoering van de WHOA per 1 januari 2021 is dit niet meer het geval en kan ook een bindend akkoord worden gesloten zonder dat alle schuldeisers hun goedkeuring hebben gegeven. Ondernemers met toekomstperspectief hebben hiermee een instrument in handen om een faillissement te voorkomen. De verwachting is dat dit beter is voor zowel werknemers, de ondernemer zelf en de schuldeisers. Overigens biedt de WHOA ook de mogelijkheid om gecontroleerd te stoppen met ondernemen.

Lastige werkwijze voor Wet homologatie onderhands akkoord

De praktische uitvoering van de WHOA kent de nodige voorwaarden en luistert zeer nauw. Bovendien is het maatwerk. Laat u daarom goed informeren alvorens u start. Hieronder beschrijven wij de werkwijze van de WHOA in een notendop.

Feitelijk kan een ondernemer zelf een WHOA-traject starten door een verklaring te deponeren bij de rechtbank en in overleg te treden met de schuldeisers. De uit het overleg voortvloeiende afspraken worden vastgelegd in een conceptakkoord. In het conceptakkoord worden schuldeisers ingedeeld in verschillende klassen (o.b.v. rangorde). Het conceptakkoord wordt vervolgens per klasse in stemming gebracht bij de schuldeisers.

Na de stemming dient een advocaat het homologatieverzoek in bij de rechtbank. Schuldeisers kunnen tot aan de dag van de zitting bij de rechtbank een verzoek indienen tot afwijzing van het homologatieverzoek. De rechtbank toetst vervolgens of is voldaan aan de voorwaarden. Is dit het geval, dan zal de rechtbank het akkoord bevestigen. Na bevestiging door de rechtbank is het akkoord bindend voor alle schuldeisers. Ook schuldeisers die tegen het akkoord hebben gestemd moeten zich hier aan houden, zelfs als dit leidt tot (gedeeltelijke) oninbaarheid van hun vorderingen.

(Bron: DRV)

De STAK – ontwikkelingen rondom de Stichting Administratiekantoor

Categories: Nieuws, Nieuws voor het MKB (BV), Nieuws voor het MKB(BV), juridisch, ondernemingsrecht (exclusief jaarrekeningrecht)
Reacties uitgeschakeld voor De STAK – ontwikkelingen rondom de Stichting Administratiekantoor

Wat is een STAK?

Een STAK is een instrument voor het administreren van aandelen. De STAK houdt daarbij de aandelen (van bijvoorbeeld een B.V.) voor de certificaathouders. De zeggenschap op de aandelen (en het juridische eigendom) rust bij de STAK en de waarde (het economische eigendom), vooral het recht op (dividend-) uitkeringen, komt toe aan de certificaathouders.

Bovenal is de STAK als rechtsvorm een stichting. Zij heet immers STAK, omdat het een STichting AdministratieKantoor betreft. Naast de administratievoorwaarden is de STAK daarmee gebonden aan de statuten en aan de wetgeving die geldt voor stichtingen. Dit geldt ook voor de bij de stichting betrokken personen, zoals de bestuurders en de certificaathouders.

In de wetgeving voor stichtingen zijn recent wijzigingen doorgevoerd. En er staan nog meer wijzigingen op stapel. In dit perspectief komen de wijzigingen aan de orde en leggen wij de betekenis daarvan voor de STAK uit.

Ubo-register

Sinds september 2020 kent Nederland een ubo-register. Ook stichtingen dienen hun ubo’s in dit register in te schrijven. Voor stichtingen die nu worden opgericht, geldt de inschrijfplicht direct. Stichtingen die op 26 september 2020 al bestonden hebben tot 27 maart 2022 de tijd.

Omdat de STAK een stichting is, geldt de inschrijfplicht ook daarvoor. Meestal zijn de certificaathouders geen ubo van de STAK. De waarde van de aandelen wordt namelijk direct toegerekend aan de certificaathouders, inclusief de uitkeringen op deze aandelen. Zij hebben daarom geen aanspraken jegens de STAK, aangezien die feitelijk alleen “doorgeefluik” is. Mogelijk kwalificeren de certificaathouders wel als ubo van de vennootschap waarvan de aandelen zijn gecertificeerd.

Veelal zullen de bestuurders van de STAK als pseudo-ubo moeten worden ingeschreven. Soms zijn de certificaathouders wel ubo, bijvoorbeeld via zeggenschap in de STAK. Een goede beoordeling is dus van belang. Zie voor meer informatie over het ubo-register ook de brochure van BDO.

Uitkeringenregister

Gelijktijdig met het ubo-register heeft de wetgever het uitkeringenregister ingevoerd. In dit interne register moeten stichtingen alle uitkeringen ten laste van hun vermogen opnemen, inclusief de gegevens van de ontvanger.

Dit register heeft voor de STAK weinig betekenis. Zoals gezegd, de waarde van de aandelen wordt direct toegerekend aan de certificaathouders. Hierdoor komen uitkeringen op de aandelen niet ten laste van het vermogen van de STAK. Aangezien een STAK verder geen vermogen zal hebben, zijn ook andere uitkeringen niet aan de orde.

Echter, de STAK heeft wel een algemene wettelijke administratieplicht. Daarom is het toch raadzaam om alle uitkeringen vast te leggen. Als juridische eigenaar betaalt de STAK namelijk formeel de uitkeringen op de aandelen door aan de certificaathouders.

Bestuur en toezicht

Op 1 juli aanstaande treedt de Wet bestuur en toezicht rechtspersonen in werking. Zoals de titel al aangeeft, bevat de wet bepalingen inzake bestuur en toezicht voor onder andere stichtingen. Een deel van de bepalingen is voor een STAK niet relevant. Zo kent een STAK (vrijwel) nooit een raad van commissarissen of een andere vorm van toezicht.

Wel van belang zijn de volgende bepalingen:

  • tegenstrijdig belang: een bestuurder die bij een bestuursbesluit een eigen belang heeft, mag niet aan de besluitvorming daarover deelnemen;.
  • ontstentenis en belet: welke regels gelden als een bestuurder of commissaris tijdelijk (belet) of blijvend (ontstentenis) zijn taken niet kan uitvoeren?
  • doorslaggevend stemrecht: een bestuurder mag bij de besluitvorming in het bestuur niet meer stemmen hebben dan de andere bestuurders gezamenlijk.

Voor deze onderdelen is in ieder geval (op termijn) een statutenwijziging nodig.

Donatieregister

Eind 2020 is het Wetsvoorstel transparantie maatschappelijke organisaties bij de Tweede Kamer ingediend. Het doel is het voorkomen van witwassen en terrorismefinanciering. Op hoofdlijnen omvat het wetsvoorstel twee onderwerpen. Het eerste betreft het intern vastleggen van donaties die van buiten de Europese Unie worden ontvangen. Omdat een STAK sowieso geen donaties ontvangt, laten wij dit onderwerp rusten.

Publicatie jaarstukken

Het tweede onderwerp is een publicatieplicht van jaarstukken. Treedt genoemd wetsvoorstel in werking, dan zal iedere stichting voortaan jaarlijks binnen tien maanden na afloop van een boekjaar haar jaarstukken (jaarrekening) moeten deponeren in het handelsregister. Dat geldt dus ook voor de STAK. Aan de jaarstukken worden geen nieuwe inhoudelijke eisen gesteld. Daarnaast zijn de stukken – anders dan bijvoorbeeld een jaarrekening van een B.V. – niet algemeen openbaar. Alleen bepaalde overheidsinstanties hebben inzage.

Waarschijnlijk gaat de publicatieplicht, afhankelijk van het wetgevingsproces, voor het eerst gelden voor boekjaar 2022.

(Bron: BDO)

Zoals je ongetwijfeld mee gekregen hebt moet tegenwoordig van iedere onderneming, stichting, vereniging etc (met een paar uitzonderingen zoals eenmanszaken) de zogenaamde UBO (Ultimate Beneficial Owner: uiteindelijk belanghebbende) worden ingeschreven. Dit is een gevolg van een Europese regeling die voor alle landen inmiddels geldt. Nederland behoort tot de achterhoede waar het gaat om het invoeren van deze regeling.

Wie is een UBO?

De UBO is iemand die bijvoorbeeld meer dan 25% stemrecht heeft in de Algemene Vergadering van aandeelhouders of t.a.v. een statutenwijziging. Het voert te ver om hier alle criteria te vermelden, maar op kvk.nl kun je precies lezen wie van welke onderneming een UBO is. Uiteindelijk is er van iedere onderneming een UBO. Want als er door de wettelijke regels geen UBO naar boven komt, dan is de hoger leidinggevende (de directeur) de UBO. Deze wordt dan in de volksmond ook wel pseudo-UBO genoemd. Voor iedere onderneming, stichting en vereniging is er dus uiteindelijk een UBO.

Welke gegevens zijn te raadplegen?

De naam van UBO is vervolgens voor iedereen te raadplegen. Ook is te raadplegen hoe groot iemands belang is en wat voor een soort belang die persoon dan heeft. Behalve geboortejaar en -plaats zijn vervolgens ook nog nationaliteit en woonstaat te raadplegen. De andere gegevens die opgegeven moeten worden (zoals bijvoorbeeld je BSN) zijn alleen voor een paar instanties, zoals de FIOD, te raadplegen. Het is in bepaalde situaties mogelijk om de meeste gegevens te laten afschermen, maar dat zal echt een uitzondering zijn (bijv. als er risico op ontvoering of afpersing is).

Hoe schrijf ik de UBO in?

Je bent als ondernemer zelf verantwoordelijk voor het inschrijven van de UBO. Je kunt dit doen door het digitale stappenplan te volgen op kvk.nl. Alternatief is om het formulier dat hier speciaal voor ontworpen is (formuliernr. 30, 31, 32 of 33  – afhankelijk van het soort onderneming of inschrijving dat je hebt) te downloaden en in te vullen. Daarna moet dit formulier naar de Kamer van Koophandel worden gebracht. Naast deze opgave moet je ook bewijs aanleveren bij de Kamer van Koophandel waaruit dan blijkt dat je de UBO bent. Een voorbeeld van deze opgave is een (gewaarmerkt) kopie van het aandeelhoudersregister of een firma-akte. Met name deze opgave zal lastig zijn om uit te zoeken.

Tot wanneer kan ik de UBO inschrijven?

De wetgever heeft bepaald dat vanaf 27 september 2020 gerekend (de invoeringsdatum) je 18 maanden de tijd hebt om je UBO in te schrijven. Dat betekent dus dat je voor 27 maart 2022 de UBO moet hebben ingeschreven. Er schijnen nu brieven door de Kamer van Koophandel verzonden te worden waarin staat dat je binnen 6 weken de UBO moet hebben ingeschreven, maar dat is dus pertinent niet waar.

(Bron: Alfa)

Zoals je ongetwijfeld mee gekregen hebt moet tegenwoordig van iedere onderneming, stichting, vereniging etc (met een paar uitzonderingen zoals eenmanszaken) de zogenaamde UBO (Ultimate Beneficial Owner: uiteindelijk belanghebbende) worden ingeschreven. Dit is een gevolg van een Europese regeling die voor alle landen inmiddels geldt. Nederland behoort tot de achterhoede waar het gaat om het invoeren van deze regeling.

Wie is een UBO?

De UBO is iemand die bijvoorbeeld meer dan 25% stemrecht heeft in de Algemene Vergadering van aandeelhouders of t.a.v. een statutenwijziging. Het voert te ver om hier alle criteria te vermelden, maar op kvk.nl kun je precies lezen wie van welke onderneming een UBO is. Uiteindelijk is er van iedere onderneming een UBO. Want als er door de wettelijke regels geen UBO naar boven komt, dan is de hoger leidinggevende (de directeur) de UBO. Deze wordt dan in de volksmond ook wel pseudo-UBO genoemd. Voor iedere onderneming, stichting en vereniging is er dus uiteindelijk een UBO.

Welke gegevens zijn te raadplegen?

De naam van UBO is vervolgens voor iedereen te raadplegen. Ook is te raadplegen hoe groot iemands belang is en wat voor een soort belang die persoon dan heeft. Behalve geboortejaar en -plaats zijn vervolgens ook nog nationaliteit en woonstaat te raadplegen. De andere gegevens die opgegeven moeten worden (zoals bijvoorbeeld je BSN) zijn alleen voor een paar instanties, zoals de FIOD, te raadplegen. Het is in bepaalde situaties mogelijk om de meeste gegevens te laten afschermen, maar dat zal echt een uitzondering zijn (bijv. als er risico op ontvoering of afpersing is).

Hoe schrijf ik de UBO in?

Je bent als ondernemer zelf verantwoordelijk voor het inschrijven van de UBO. Je kunt dit doen door het digitale stappenplan te volgen op kvk.nl. Alternatief is om het formulier dat hier speciaal voor ontworpen is (formuliernr. 30, 31, 32 of 33  – afhankelijk van het soort onderneming of inschrijving dat je hebt) te downloaden en in te vullen. Daarna moet dit formulier naar de Kamer van Koophandel worden gebracht. Naast deze opgave moet je ook bewijs aanleveren bij de Kamer van Koophandel waaruit dan blijkt dat je de UBO bent. Een voorbeeld van deze opgave is een (gewaarmerkt) kopie van het aandeelhoudersregister of een firma-akte. Met name deze opgave zal lastig zijn om uit te zoeken.

Tot wanneer kan ik de UBO inschrijven?

De wetgever heeft bepaald dat vanaf 27 september 2020 gerekend (de invoeringsdatum) je 18 maanden de tijd hebt om je UBO in te schrijven. Dat betekent dus dat je voor 27 maart 2022 de UBO moet hebben ingeschreven. Er schijnen nu brieven door de Kamer van Koophandel verzonden te worden waarin staat dat je binnen 6 weken de UBO moet hebben ingeschreven, maar dat is dus pertinent niet waar.

(Bron: Alfa)