Werknemer wordt na 25 jaar wegens disfunctioneren zonder vergoeding ontslagen

Een opvallende uitspraak van de kantonrechter in Den Bosch: een 52-jarige werknemer met 25 dienstjaren die tijdens zijn laatste twee dienstjaren met zijn nieuwe leidinggevende onenigheid krijgt over zijn functioneren, krijgt ontslag zonder enige vergoeding.

De werknemer in kwestie was al jarenlang werkzaam voor als senior aandelenanalist. Tot 2008 is de bank in elk geval tevreden over het functioneren. Daarna – er zijn inmiddels twee nieuwe leidinggevenden aangetreden – ontstaat er steeds meer kritiek op het functioneren van de werknemer.

Werknemer weigert volgens werkgever verbeteringstraject

Volgens de bank weigert de werknemer mee te werken aan een verbeteringstraject, wil hij geen externe coach accepteren en weigert hij eind 2010 verdere feedback omdat er volgens de werknemer toch slechts sprake is van ‘spel en theater’. De bank concludeert dat er sprake is van een vertrouwensbreuk nu zij de afgelopen twee jaren tevergeefs geprobeerd heeft om het functioneren van de werknemer naar een hoger niveau te tillen.

De werknemer kijkt – zoals gebruikelijk bij dit soort zaken – heel anders tegen de gang van zaken aan. Volgens hem heeft hij wel degelijk meegewerkt aan verbeteringen in zijn functioneren, tenminste voor zover dit redelijkerwijs van hem gevergd kon worden. Verder is er pas kritiek op zijn functioneren ontstaan na het aantreden van zijn nieuwe leidinggevende, de heer Van O. Vanaf dat moment is de bank in feite alleen maar bezig geweest met het opbouwen van een negatief dossier.

Rechter komt met opvallend oordeel

Tot zover is er in deze zaak in feite sprake van de gebruikelijke tegengestelde standpunten die in vrijwel alle zaken over disfunctioneren botsen. Maar waar je zou verwachten dat de rechter na een dienstverband van 25 jaar de 52-jarige werknemer toch tenminste een beperkte ontslagvergoeding zou toekennen, komt deze rechter tot oordeel dat ongetwijfeld ook de advocaat van Van Lanschot zal hebben verrast: ontslag zonder enige vergoeding.

Waar de rechter in zijn motivatie nog begint met een voor de werknemer positieve noot (‘in voldoende mate is komen vast te staan dat de werknemer vanaf 1 mei 1986 tot eind 2008 naar behoren heeft gefunctioneerd’) gaat het al snel bergafwaarts.

De rechter concludeert dat de bank als werkgever haar organisatie en de daaraan verbonden werkzaamheden mag inrichten zoals zij wenst. Er is voldoende komen vast te staan, aldus de rechter, dat de werknemer zich met de door de bank gewenste veranderingen niet heeft kunnen verenigen. Letterlijk stelt de rechter dat ‘M [werknemer] zich daarbij kennelijk in onvoldoende mate realiseert dat zijn functie niet statisch maar dynamisch is’.

Volgens de rechter heeft Van Lanschot gedurende geruime tijd de nodige initiatieven ondernomen om tot verbetering van het functioneren van de medewerker te komen. Alles overziend concludeert de rechter dat de aan M. gerichte verwijten volledig in zijn risicosfeer liggen. De rechter ontbindt de arbeidsovereenkomst met ingang van 1 mei 2011 zonder enige vergoeding.

Verbetertraject: accepteren of afwijzen?

Deze uitspraak laat zien hoe lastig de afweging voor een werknemer kan zijn als de werkgever hem min of meer dwingt om in te stemmen met een verbetertraject. Instemmen zou een erkenning van onvoldoende functioneren kunnen betekenen, terwijl het categorisch van de hand wijzen van een verbetertraject zou kunnen leiden tot het oordeel dat de werknemer onbuigzaam is en niet open staat voor kritiek.

De werknemer die voor deze keuze gesteld wordt dient zich in elk geval te realiseren dat hij op een punt is aanbeland waarbij het op zijn minst verstandig is om concreet arbeidsrechtelijk advies in te winnen bij een advocaat of jurist.

(Bron: Ontslag.nl)