Mag de bank de rente van mijn krediet verhogen? Een update

Uit deze uitspraak* volgt dat de bank (in dit geval de Deutsche Bank) de rente van een tweetal langlopende kredietovereenkomsten (25-jarige euriborleningen) mocht verhogen, en wel op basis van de algemene voorwaarden van toen nog “ABN AMRO Bank N.V.”, artikel 5.

Rente verhoogd

De bank heeft bij de ondernemer in kwestie de vaste (individuele) opslag op het krediet verhoogd met 1 procent en zich daarbij onder meer beroepen op de uitzonderlijke ontwikkelingen in de financiële markten, de verhoging van de kostprijs voor banken ontstaan door een stijging van de liquiditeitspremie, “ten gevolge van het grotendeels wegvallen van de markt waarin banken onderling geld aan elkaar lenen”.
Tevergeefs heeft kredietnemer hier gevorderd dat de verhoging van de individuele opslag niet eenzijdig door de Deutsche Bank mag worden verhoogd.

Andere casus

De rechtbank heeft aan de afwijzing van de eis van kredietnemer ten grondslag gelegd het bepaalde in artikel 5 van de algemene voorwaarden van de bank. In de uitspraak bespreekt de rechtbank eveneens de hiervoor genoemde uitspraak van het Gerechtshof Den Bosch van 29 mei 2012.
De rechter geeft aan dat het daar een andere casus betrof, aangezien er in de kredietofferte gesproken werd van een vaste rente, daar waar in het onderhavige geval gesproken werd van een “individuele opslag”, waarbij in de bijgevoegde algemene voorwaarden duidelijk is aangegeven dat de bank gerechtigd is deze individuele opslag te verhogen en, daar waar de kredietnemer er niet mee akkoord gaat, hij volgens deze voorwaarden “boetevrij” naar een andere bank mag overstappen.
Grote gevolgen
Deze uitspraak kan grote gevolgen hebben voor de ondernemers in Nederland. Een ieder weet dat de rechtbank in deze uitspraak voorbij is gegaan aan het feit dat herfinanciering in deze periode zo goed als onmogelijk is.
In het onderhavige geval heeft de bank kennelijk kunnen aantonen dat haar kosten zijn gestegen en haar inkomstenmodel is veranderd, hetgeen een verhoging van de opslag zou rechtvaardigen.
Van belang is nog dat noch in de offerte, noch in de kredietdocumentatie gesproken is van een vaste opslag. Echter, in de persoonlijke gesprekken tussen de ondernemer in kwestie en de bank is daar kennelijk wel van gesproken, maar de bank ontkende dit in de procedure en de ondernemer, op wie de bewijslast rustte, kon dit niet bewijzen. Het was zijn woord tegen het woord van de bank. Dat is niet genoeg.

Tips

Voor jou als ondernemer heb ik mede naar aanleiding van deze uitspraak de volgende tips:
  1. maak schriftelijk bezwaar tegen een aangezegde verhoging door de bank;
  2.  controleer e-mails, kredietdocumentatie en offertes of er gesproken wordt van een “vaste opslag” in plaats van een “individuele opslag”;
  3. indien een bankemployee u aangeeft dat er gesproken wordt van een vaste opslag, dan wel bijvoorbeeld (telkenmale) de in beginsel overeengekomen opslag van bijvoorbeeld 1 procent bij ieder rekenvoorbeeld hanteert, bevestig (dit) direct per e-mail aan de bank dat er gerekend
  4. indien de bank alsnog de verhogingen doorvoert, gelijk bezwaar maken, zoek juridische bijstand en laat in een procedure de bank bewijzen dat er daadwerkelijk sprake is van een kostenverhoging, die doorberekening aan u rechtvaardigt.
Er is in deze uitspraak inmiddels hoger beroep ingesteld. Over een jaar zullen wij weten hoe het Gerechtshof erover denkt.
(Bron: MKB Servicedesk)