Begrip woning in aanbouw

De staatssecretaris heeft in de nota naar aanleiding van het verslag bij Belastingplan 2015 aangegeven dat op het moment van tekenen van de koop/aannemingsovereenkomst sprake is van een ‘woning in aanbouw’. Met een wetswijziging zal dit nadrukkelijk kenbaar worden gemaakt. De Hoge Raad heeft op 3 oktober 2014 geoordeeld, dat in een situatie waarin er nog geen begin is gemaakt met het bouwrijp maken van de grond, geen sprake is van een woning in aanbouw voor de eigenwoningregeling. De staatssecretaris geeft aan dat ook voor het kabinet een stuk grond waarbij de belanghebbende enkel de intentie heeft om te gaan bouwen niet kwalificeert als een woning in aanbouw. Echter, de uitleg die Hoge Raad geeft van het begrip woning in aanbouw in de Wet IB 2001 in meer algemene zin, is een andere dan die de wetgever voor ogen heeft. De wetgever beoogde dat ook sprake is van een eigen woning in de situatie waarin concrete stappen zijn gezet, waaruit naar redelijke verwachting valt aan te nemen dat de bouwwerkzaamheden binnen afzienbare tijd zullen beginnen. Deze uitleg van het begrip woning in aanbouw voor de eigenwoningregeling wordt in de praktijk ook toegepast door de Belastingdienst. Het kabinet wil deze lijn in de uitvoeringspraktijk bestendigen. Het kabinet zal daarom de nu ontstane onduidelijkheid inzake het begrip woning in aanbouw wegnemen met een wetswijziging, waarmee de beoogde uitleg nadrukkelijk kenbaar wordt gemaakt. Vooruitlopend daarop zal bij beleidsbesluit worden goedgekeurd dat de huidige praktijk wordt voortgezet. De arresten van de Hoge Raad zijn daarom niet van invloed op de huidige wijze van beoordeling van de aftrekbaarheid van bouwrente, hypotheekrente of de kosten die verband houden met het aangaan van een hypotheek. (Bron: Belastingzake)