Meer bekend over nieuwe gerichte vrijstelling voor personeel onder werkkostenregeling

 

Staatssecretaris Wiebes van Financiën heeft gereageerd op de vragen van de Tweede Kamer over de werkkostenregeling (WKR). Als onderdeel hiervan heeft hij de conceptuitvoeringsregeling gepubliceerd waarin de nieuwe gerichte vrijstelling voor werkplekvoorzieningen is uitgewerkt.

In het bericht ‘Veel Kamervragen over de werkkostenregeling’ kon u lezen over de vragen die de Tweede Kamer voor staatssecretaris Wiebes had over de geplande aanpassingen aan de werkkostenregeling. Wiebes heeft hier inmiddels in de nota naar aanleiding van verslag Belastingplan 2015 (pdf) op gereageerd. Daarnaast heeft hij ook meteen de conceptaanpassingen (pdf) in de Uitvoeringsregeling loonbelasting 2011 (URLB 2011) gepubliceerd.

Geen onderscheid meer tussen vergoedingen en verstrekkingen

De aanpassingen in de URLB 2011 nemen het onderscheid tussen vergoedingen en verstrekkingen weg bij arbovoorzieningen en zakelijke hulpmiddelen die (deels) op de werkplek gebruikt worden. Op dit moment bestaan hier nog nihilwaarderingen voor die alleen gelden bij terbeschikkingstelling. De overige nihilwaarderingen die nu in de URLB 2011 staan (bijvoorbeeld een uniform of huisvesting op een boorplatform) worden in de praktijk meestal niet vergoed, maar (bijna) altijd ter beschikking gesteld. Daarom blijven deze onveranderd.
In de conceptregeling staat expliciet dat de nieuwe gerichte vrijstelling – net als de oude nihilwaardering – ook gaat gelden voor arbovoorzieningen die (ook) op de thuiswerkplek van de werknemer worden gebruikt.

Nieuwe vrijstelling ook voor niet-noodzakelijke apparatuur

Onder de genoemde zakelijke hulpmiddelen vallen onder andere gereedschappen en computers en dergelijke apparatuur. Aangezien deze per 2015 onder het noodzakelijkheidscriterium vallen, worden ze niet specifiek benoemd bij de nieuwe gerichte vrijstelling voor werkplekvoorzieningen.
Dat neemt echter niet weg dat gereedschappen, communicatiemiddelen en computers en dergelijke apparatuur bij voldoende zakelijk gebruik alsnog onder de nieuwe gerichte vrijstelling voor werkplekvoorzieningen kunnen vallen als niet aan de voorwaarden van het noodzakelijkheidscriterium wordt voldaan.

(Bron: HR Rendement)