Gevolgen van de Brexit voor de administratie

Ondernemers hebben veel vragen over de gevolgen van de Brexit voor hun bedrijf, merk ik. Internationale bedrijven met een vestiging in Engeland vragen zich bijvoorbeeld af of het verstandig is om die geheel of gedeeltelijk te verplaatsen naar het Europese vasteland.  Als accountant hebben wij in december veel aanvragen gekregen voor het begeleiden van het oprichten van een B.V.  Ook willen ondernemers met Britse in- en verkoopkanalen graag weten welke invoerregelingen er gaan komen, zodat ze zich kunnen gaan voorbereiden op de invoerkosten en wie deze straks moet gaan betalen. Op dit moment gelden er binnen de EU geen invoerrechten en -kosten, maar die internationale afspraken komen op zijn minst deels te vervallen.

Let op: dat betreft álle goederen en diensten die Engeland in of uit gaan. Zo zijn er best wat Britse constructiewerkers die elders in de EU werken en dan hun eigen gereedschap meenemen. Die moeten straks een zogeheten ATA-carnet aanvragen om dat gereedschap tijdelijk uit te mogen voeren.

Voor bedrijven die veel zakendoen met het Verenigd Koninkrijk (excl.  Noord-Ierland), zijn de gevolgen hoe dan ook ingrijpend. Zij zullen te maken krijgen met allerlei barrières die er lange tijd niet waren. Ondernemers die veel omzet  uit het Verenigd Koninkrijk (hierna VK)  realiseren, moeten er dan ook rekening mee houden dat die omzet straks flink kan dalen. Invoerheffingen maken een product duurder en de klant koopt daarom minder of  helemaal niet.  

Pas uw boekhouding tijdig aan op de nieuwe situatie

Ook  is het belangrijk om de boekhouding aan te passen op de nieuwe situatie. Zo is de btw-aangifte anders voor handel binnen en buiten de EU.  Inkopen van goederen in het VK worden tot aan de exit datum aangegeven bij rubriek 4b.  Na een no-deal Brexit wordt dit aangegeven bij rubriek 4a.

In de huidige situatie wordt bij een aangifte in rubriek 4b 21% berekend over de invoer uit het VK.  Deze btw wordt ook weer bij de voorbelasting (rubriek 5b) opgeteld, zodat er in werkelijkheid geen btw wordt afgedragen. In de nieuwe situatie is het VK een niet-EU land en moet er in principe bij invoer 21% btw worden betaald en voorgefinancierd. Dit is te voorkomen door tijdig een artikel 23 vergunning aan te vragen.  

Voor verkopen aan afnemers in het VK verandert het eveneens. De omzet zal in de nieuwe situatie aangegeven moeten worden in rubriek 3a in plaats van 3b. Ook komt de ICP-aangifte te vervallen voor handel met Britse bedrijven.  

Vaak zijn in de boekhouding automatische koppelingen gelegd voor de btw en de leverancier en afnemers. Het is belangrijk die koppelingen aan te passen op de exit datum.

Daarnaast is het verstandig om samen met een jurist uw leverings- en betalingscondities onder de loep te nemen en na te gaan of u goed voorgesorteerd bent op de nieuwe situatie. Houd er rekening mee dat het Britse recht wezenlijk verschilt van het Nederlandse.

(Bron: Flynth)