Kabinetsplannen niet voordelig voor dga

In het regeerakkoord van het kabinet Rutte 3 is aangekondigd dat de dividendbelasting met ingang van 1 januari 2019 wordt afgeschaft. Veel dga’s (aanmerkelijk belanghouders) stellen zich nu de vraag of dividend vanaf 1 januari 2019 onbelast naar privé kan worden uitgekeerd. Helaas is dat niet het geval.

In de huidige situatie is de dividendbelasting (15%, tarief 2018) voor de dga een voorheffing op de inkomstenbelasting in box 2 (25%, tarief 2018). In de aangifte inkomstenbelasting is 25% aanmerkelijk belang (AB)- heffing verschuldigd waarbij de eerder betaalde dividendbelasting mag worden verrekend.

Als per 1 januari 2019 de voorheffing van 15% wordt afgeschaft, moet het volledige bedrag aan AB-heffing vanaf dat moment in zijn geheel in de aangifte inkomstenbelasting worden afgedragen.

Voorbeelden

Huidige situatie (2018)

De bv keert in 2018 (voor afschaffing van de dividendbelasting) een dividend uit van € 100.000. De bv houdt dan 15% dividendbelasting in: 15% * € 100.000 = € 15.000. De dividendbelasting wordt door de bv afgedragen aan de Belastingdienst. Netto keert de bv een dividend uit van € 100.000 -/- € 15.000 = € 85.000. Vervolgens wordt de dividenduitkering in de aangifte inkomstenbelasting als regulier voordeel (dividend) in box 2 aangegeven. De verschuldigde inkomstenbelasting bedraagt 25% * € 100.000 = € 25.000. De eerder betaalde dividendbelasting wordt hierop in mindering gebracht, waardoor er nog € 25.000 -/- € 15.000 = € 10.000 aan inkomstenbelasting moet worden bijbetaald. Het uitgekeerde dividend wordt daardoor in totaal met 25% inkomstenbelasting belast.

Cijfermatig:

Tabel dividend

Situatie na afschaffing dividendbelasting (2019)

Na de afschaffing van de dividendbelasting houdt de bv bij het uitkeren van dividend géén dividendbelasting in. De aanmerkelijk belanghouder moet echter nog steeds de inkomstenbelasting in box 2 betalen: de verschuldigde inkomstenbelasting bedraagt 25% * € 100.000 = € 25.000. Aangezien er eerder géén dividendbelasting is ingehouden moet het volledige bedrag van € 25.000 op de (voorlopige) aangifte inkomstenbelasting worden voldaan.

Cijfermatig:

tabel dividend

Belastingdruk dga vanaf 2019 en verder

Zoals ook uit de bovenstaande berekeningen blijkt, betaalt de dga na de afschaffing van de dividendbelasting per saldo evenveel belasting als daarvoor.

Sterker nog, de kabinetsplannen laten op termijn (vanaf 2020) zelfs een stapsgewijze verhoging van de AB-heffing zien van 25% naar 28,5% in 2021. Daartegenover staat een stapsgewijze verlaging van het vennootschapsbelastingtarief (Vpb). Het gecombineerde belastingtarief (IB en Vpb) blijft hierdoor grosso modo tussen de 40% en 44%.

Hieronder is het verloop van de belastingdruk vanaf 2018 schematisch weergegeven:

tabel over dividend

Géén overgangsrecht voor reeds bestaande winstreserves

Vooralsnog is er door het kabinet geen overgangsrecht voorgesteld voor reeds bestaande winstreserves. Hierdoor kan de gecombineerde belastingdruk over deze winstreserves oplopen tot ruim 46% in 2021. Dit werkt als volgt: de tot en met 2019 behaalde winsten zijn met de in die jaren geldende hogere vennootschapsbelastingtarieven (20-25%/19-24%) belast. Als deze winsten vervolgens ná 2019 als dividend naar privé worden uitgekeerd, is dat belast met inkomstenbelasting tegen het dan geldende verhoogde AB-tarief van 27,3% (2020) en zelfs 28,5% (2021).

Gezien het voorgaande kan het, afhankelijk van de specifieke situatie, fiscaal voordelig zijn om nog voor de verhoging van het AB-tarief (de eerste stap in 2020) dividend uit te keren. Hierbij moet uiteraard rekening worden gehouden met de civielrechtelijke voorwaarden zoals het uitvoeren van een zogenaamde ‘balans- en uitkeringstest’. Wij merken hierbij op dat de kabinetsplannen nog niet definitief door het parlement zijn aangenomen. Wij houden de ontwikkelingen uiteraard scherp in de gaten.

(Bron: Abab)