All posts in Kennisbank voor het MKB(BV), belastingen, boekenonderzoek

Een 66-jarige belastingadviseur uit Utrecht blijkt circa 2500 allochtone Nederlanders ernstig te hebben benadeeld bij het invullen van hun aangiften. Daarvoor heeft de rechtbank in Amsterdam hem dinsdag bestraft met veertien maanden gevangenisstraf, waarvan vier voorwaardelijk. Hij mag drie jaar niet werken als belastingconsulent.

De Belastingdienst liep door de fraude ruim 470.000 euro mis. De cliënten van de man, die vrijwel zonder uitzondering de Nederlandse taal niet machtig waren, wisten niets van de fraude af.
Uit het vonnis blijkt dat de man willekeurig niet-bestaande aftrekposten opvoerde, zoals zorgkosten die niet waren gemaakt. Ook vulde hij hogere bedragen aan aftrekposten in.
Doordat zijn cliënten minder belasting hoefden te betalen, had de man aan klanten geen gebrek: aldus de rechtbank. Hij gebruikte slechts tien tot vijftien minuten per aangifte. Op die manier verdiende hij circa 50.000 euro per jaar. De klanten zijn nog steeds bezig de ten onrechte ontvangen bedragen terug te betalen aan de Belastingdienst.
(Bron: Taxlive_

BV X begeleidde mensen vanuit een uitkeringssituatie naar een reguliere arbeidssituatie. In de jaren 2009 tot en met 2013 plaatste een gemeente langdurig werklozen bij BV X. Zij paste voor hen de afdrachtvermindering onderwijs startkwalificatie toe. Toen de inspecteur constateerde dat BV X niet aan de voorwaarden voldeed, legde hij naheffingsaanslagen loonheffingen op met vergrijpboeten van 25%. Hof Den Haag besliste dat de naheffingsaanslagen terecht waren opgelegd. Het Hof handhaafde ook de boete. Volgens het Hof had BV X zich op de hoogte moeten stellen van de betrekkelijk eenvoudige voorwaarden voor toepassing van de afdrachtvermindering. BV X ging in cassatie. De Hoge Raad besliste dat het Hof terecht had beslist dat BV X geen recht had op de afdrachtvermindering, maar de beslissing over de boete was onjuist. De Hoge Raad zag geen reden om af te wijken van zijn arrest van 13 februari 2009 waarin was beslist dat een belastingplichtige zich niet in de inhoudelijke aspecten van op hem toepasselijke belastingregelingen hoefde te verdiepen, als die zich liet bijstaan door een adviseur die hij voor voldoende deskundig mocht houden en aan wiens zorgvuldige taakvervulling hij niet hoefde te twijfelen. De Hoge Raad vernietigde de uitspraak van het Hof en verwees de zaak voor de boete naar Hof Amsterdam.

(Bron: FUTD)

Dga van BV toch aansprakelijk ondanks bijstortingen

Categories: Kennisbank, Kennisbank voor het MKB (BV), Kennisbank voor het MKB(BV), belastingen, boekenonderzoek
Reacties uitgeschakeld voor Dga van BV toch aansprakelijk ondanks bijstortingen

Een directeur-grootaandeelhouder (dga) komt niet onder de bestuurdersaansprakelijkheid voor belastingschulden van zijn bv uit door een paar ontoereikende bijstortingen te doen. Dit ondervond een dga onlangs voor Gerechtshof ’s-Hertogenbosch.

In deze zaak was de dga van een failliete bv door de fiscus aansprakelijk gesteld voor de onbetaald gebleven BTW. De inspecteur stelde dat er sprake was van onbehoorlijk bestuur. De dga bestreed dit: toen de bv in zwaar weer verkeerde, zou hij verschillende bijstortingen hebben gedaan om de bv boven water te houden. Volgens de dga toonde dit aan dat hij alles wat in zijn macht was had gedaan om zijn bv te redden. Het was dan ook onredelijk om de belastingschuld op hem te verhalen wegens onbehoorlijk bestuur

Ervaren bestuurder had beter moeten weten

De inspecteur toonde voor de rechter echter aan dat het helemaal niet om bijstortingen van de dga ging. De dga had weliswaar geld gestort op de rekening van zijn bv, maar het ging feitelijk om een verrekening van een schuld die de dga nog had bij zijn bv. Ook kwamen andere stortingen niet van de dga zelf, maar eigenlijk van derden. Daar kwam nog bij dat de dga bewust te weinig BTW (tools) had aangegeven en betaald. Een beroep op softwareproblemen hielp hem niet. Als bestuurder was de dga ervaren genoeg om te kunnen weten dat zijn bv te weinig BTW had betaald. Het verwijt van onbehoorlijk bestuur was dus terecht.

(Bron: Rendement.nl)

Regelmatig sta ik cliënten bij die te maken krijgen met een controle door de Belastingdienst. Ook als je alles keurig volgens de regels doet, kan je dat overkomen. Wat zijn dan eigenlijk je rechten?

Wie belastingaangifte heeft gedaan, ontvangt enige tijd later een aanslag. In 99 van de 100 gevallen hoor je verder niets. Toch kan het gebeuren dat de fiscus vragen stelt en erger nog: de inspecteur kan besluiten tot het onderzoeken van je administratie. Dat is schrikken, want de Belastingdienst is een machtige organisatie die veel bevoegdheden heeft.

Wettelijke basis

De basis voor zo’n boekenonderzoek is het wetsartikel waarin staat dat ‘ieder is gehouden desgevraagd aan de inspecteur de gegevens en inlichtingen te verstrekken welke voor de belastingheffing te zijnen aanzien van belang kunnen zijn.’ Of je nu hoog of laag springt, je bent verplicht om de gevraagde informatie te geven. Vaak merk ik dat cliënten meegaand zijn onder het motto: “Ik heb niks te verbergen en ik kan de inspecteur beter te vriend houden.” Dat laatste is zeker verstandig. Toch heb je een heleboel rechten!

Beginselen behoorlijk bestuur

Over het boekenonderzoek op zich is wettelijk niks geregeld. Wel moet de inspecteur zich houden aan de beginselen van behoorlijk bestuur.

Hij moet open zijn over zijn intenties en behoor je niet met vragen te overvallen. Dit is het  zorgvuldigheidsbeginsel. Hij dient je voldoende te informeren, moet een boekenonderzoek van te voren aankondigen en daarbij aangeven waartoe het zich zal uitstrekken. Als de controle gaat over de inkomstenbelasting dan mag hij geen vragen stellen over omzetbelasting.

 

Zo snel mogelijk afronden

Een ander beginsel is het evenredigheidsbeginsel: de nadelige gevolgen voor de burger dienen niet onevenredig te zijn ten opzichte van het belang van de belastingdienst. Hieruit volgt dat de inspecteur geen vragen mag stellen die een grote hoeveelheid werk oproepen terwijl de kans klein is dat daar iets van werkelijk belang uitkomt. Ook volgt hieruit dat de fiscus een boekenonderzoek zo snel en efficiënt mogelijk dient af te ronden, omdat het anders onnodig veel nadelen, zoals overlast en tijdsbeslag, met zich meebrengt.

 

Vertrouwensbeginsel

Ook belangrijk: het vertrouwensbeginsel. Neem als voorbeeld de vraag of een woning privé- of ondernemingsvermogen is. Als daarover in het verleden vragen zijn gesteld en de belastingdienst akkoord is gegaan met de keuze die je toen hebt gemaakt, mag je aannemen dat daarmee de kous af is. Er is sprake van opgewekt vertrouwen. Als een paar jaar later in een boekenonderzoek opnieuw de vraag aan de orde komt of die keuze terecht is, kun je verwijzen naar die eerdere discussie en zal de inspecteur zich moeten neerleggen bij de uitkomsten daarvan.

Tot zover de voorbeelden van spelregels waaraan de fiscus zich bij een boekenonderzoek moet houden. Dit zijn slechts voorbeelden, dit overzicht is zeker niet volledig. Ook al heb je niets te verbergen, wees niet te makkelijk en kom op voor je rechten. De Belastingdienst is groot en machtig, jij bent een eenvoudige burger. Dat blijft een ongelijke strijd.

(Bron: MKB Servicedesk)

X exploiteerde in de vorm van een eenmanszaak een uitzendbureau. Tijdens een controle constateerde de inspecteur dat niet van alle werknemers een (volledig(e)) LB-verklaring en identiteitsbewijs aanwezig was. Hij legde een naheffingsaanslag LB over 2005 op van € 188.070 met een vergrijpboete van € 80.158 en een naheffingsaanslag LB over 2006 van € 77.470 met een vergrijpboete van € 27.345. Daarbij was gerekend met het (gebruteerde) anoniementarief. Rechtbank Haarlem verklaarde de beroepen tegen de naheffingsaanslagen ongegrond, maar verminderde de boeten wegens overschrijding van de redelijke termijn. X ging in hoger beroep en stelde dat de gehele correctie moest vervallen omdat wel een sofinummer van de werknemers bekend was en daarmee een persoon kon worden geïdentificeerd. Volgens X hoefde de werkgever geen verdere controle, informatie of verslaglegging te doen als een sofinummer van de werknemer bekend was. Hof Amsterdam besliste echter dat in de wet uitputtend was vastgelegd wat de verplichtingen van een inhoudingsplichtige waren met betrekking tot de identiteit van de werknemers. Als de NAW-gegevens van een werknemer niet door middel van een LB-verklaring waren verstrekt, moest het anoniementarief worden toegepast. Dat was ook zo als de inhoudingsplichtige langs andere weg op de hoogte was van de NAW-gegevens van de werknemer. Volgens het Hof had de inspecteur terecht het anoniementarief toegepast. Het Hof liet de naheffingsaanslag intact. Het Hof besliste ten aanzien van de boeten dat geen sprake was van opzet omdat X de gegevens niet willens en wetens niet of onvolledig in zijn administratie had opgenomen. X had volgens het Hof wel, door de gegevens niet op de voorgeschreven wijze te verzamelen en in de LB-administratie op te nemen, zo ernstig nalatig gehandeld dat het aan zijn grove schuld was te wijten dat te weinig LB was afgedragen. Het Hof verminderde de boeten echter tot nihil omdat X in 2010 failliet was verklaard, en hij samen met zijn echtgenote en twee kinderen moest leven van een bijstandsuitkering. Het Hof verklaarde het beroep van X gegrond.

(Bron: FUTD)

Als ondernemer kunt u bezoek krijgen van de Belastingdienst. Er zijn verschillende soorten bezoek.

Bedrijfsbezoek

Bij een bedrijfsbezoek verzamelt de Belastingdienst informatie om inzicht te krijgen in uw bedrijfsvoering en uw administratie. Het gaat dus niet om een onderzoek naar een bepaalde aangifte.

Na afloop maakt de Belastingdienst een rapport. U krijgt meestal automatisch een kopie van het openbare deel van dat rapport. Gebeurt dat niet, dan kunt u daar om vragen.

U krijgt bijna altijd een aankondiging van een bedrijfsbezoek.

Waarneming ter plaatse

Een bijzondere vorm van een bedrijfsbezoek is de ‘waarneming ter plaatse’. Daarbij gaat het om de dagelijkse gang van zaken in uw onderneming. De Belastingdienst bekijkt bijvoorbeeld hoe druk het is in uw onderneming en hoeveel personeel er aanwezig is. Zo’n waarneming ter plaatse kan meerdere keren herhaald worden.

Ook van een waarneming ter plaatse wordt een rapport gemaakt. U krijgt meestal een kopie van het openbare deel van het rapport. Gebeurt dat niet, dan kunt u daar om vragen.

U krijgt bijna altijd een aankondiging van de eerste waarneming ter plaatse. Maar waar en wanneer de waarneming zal plaatsvinden, dat hoort u niet van tevoren. U krijgt meestal geen bericht van een vervolgbezoek.

Boekenonderzoek

Een boekenonderzoek is een controle van uw aangiften en uw administratie. Het kan gaan om een onderzoek over een bepaalde periode. Of om controle van bepaalde onderdelen van uw aangiften en administratie.

Ook van een boekenonderzoek maakt de Belastingdienst een rapport en u krijgt een kopie van het openbare deel. U ontvangt altijd een aankondiging van een boekenonderzoek.

Let op: tijdens een bedrijfsbezoek of een boekenonderzoek mag de Belastingdienst ook informatie verzamelen die van belang is voor controles bij andere personen of ondernemingen.

(Bron: Belastingdenst)

Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de bewijslast dat X bv niet verantwoorde inkoopkortingen heeft genoten, op de inspecteur rust. De inspecteur maakt dit niet aannemelijk.

F houdt de aandelen in belanghebbende, X bv. De inspecteur heeft het vermoeden dat X bv inkoopkortingen bij haar leveranciers heeft bedongen en dat deze kortingen niet in de administratie van X bv zijn verwerkt. De inspecteur corrigeert de belastbare winsten van 2007 en 2008 daarom met € 500.000 en € 400.000. Rechtbank Gelderland oordeelt dat de inspecteur niet aannemelijk maakt dat de vereiste aangiften niet zijn gedaan, en dat er dan ook geen reden is om de bewijslast om te keren of te verzwaren. Vervolgens stelt de rechtbank vast dat de inspecteur ook niet aannemelijk heeft gemaakt dat de winst in verband met de inkoopkortingen moet worden verhoogd. De rechtbank vermindert de belastbare winsten.

Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de bewijslast dat X bv niet verantwoorde inkoopkortingen heeft genoten, op de inspecteur rust. Volgens het hof is de inspecteur er echter niet in geslaagd om dat aannemelijk te maken. Het hof overweegt hierbij, ten overvloede, dat X bv ter zake van de inkoopkortingen facturen aan haar leverancier I heeft gestuurd, dat deze facturen zijn betaald door overboeking op een Nederlandse bankrekening van X bv en dat deze betalingen in de administratie van X bv zijn verwerkt. Het gelijk is aan X bv.

(Bron: Taxlive)

Uitleg over het boekenonderzoek
Met een eigen bedrijf heb je vaak veel voordelen. Zo zijn bijna alle kosten die je voor je bedrijf maakt, aftrekbaar bij de belastingdienst. Toch is het niet verstandig om hier te makkelijk mee om te gaan.
Per 1 januari 2007 zijn een groot aantal administratieve regeltjes, zoals vergoeding voor je mobiele telefoon, kerstpakket en lunchvergoedingen, vereenvoudigd of afgeschaft. Omdat De Belastingsdienst het aantal boekenonderzoeken wil uitbreiden, is de kans groot dat ze ook bij jou op de stoep staan.
Wat is een boekenonderzoek?
Het boekenonderzoek is een controle van de administratie. Het kan gaan om een onderzoek over een bepaalde periode of om controle van bepaalde onderdelen van de boekhouding. Van elk boekenonderzoek wordt een verslag gemaakt. Je krijgt automatisch een kopie van het openbare deel van dit verslag.
Wat wordt er gecontroleerd?
Bij controles wordt een verband gelegd tussen de aangiften, de jaaropgaven en de administratie. Bij een algemeen boekenonderzoek, wordt jouw gehele administratie onderzocht. Dit onderzoek vindt het minst vaak plaats, en meestal naar aanleiding van:
  • de door jou ingediende aangiften;
  • een klikbrief;
  • onderzoek bij derden.
Welke controles zijn nog meer mogelijk?
Naast het algemeen boekenonderzoek kan er een deelcontrole plaats vinden. Dit is een controle naar de juiste afdracht van de omzetbelasting of loonbelasting. Bij een controle naar de omzetbelasting wordt gekeken of:
  1.     Er aansluiting is tussen jouw jaarrekening en de aangiftes omzetbelasting;
  2.     Je het nultarief correct toepast;
  3.     Je daadwerkelijk datgene exporteert wat je zegt te exporteren;
  4.     Daarnaast worden de facturen nagelopen.
De snelste en eenvoudigste controle, die de fiscus ook nog vaak het meeste oplevert, is de loonbelastingcontrole. Bij deze controle wordt alles gecontroleerd wat te maken heeft met jouw werknemers.
Ben ik verplicht om mee te werken aan een controle?
Ja, je bent verplicht om mee te werken aan een controle. Dat houdt het volgende in:
  • Je moet de controleurs toegang geven tot de gebouwen waarin jouw onderneming is gevestigd;
  • Je moet alle gegevens en inlichtingen aan de controleurs geven die in het kader van de controle van belang kunnen zijn;
  • Je moet inzage geven in je administratie en toestaan dat er kopieën van worden gemaakt. Dit geldt ook als het gaat om belastingen, premies en inkomensafhankelijke bijdragen voor de Zorgverzekeringwet van je werknemers.
  • Je moet inzage geven in de opzet en werking van jouw administratie.
Tip:
Om de controles voorspoedig te laten verlopen, is het raadzaam om de berekeningen te bewaren die zijn gemaakt bij de opstelling van de aangiften en jaaropgaven.
Moet ik bepaalde documenten bewaren?
Ja. Voor zogenoemde basisgegevens geldt een bewaarplicht van 7 jaar. Onder basisgegevens vallen:
  • het grootboek;
  • de debiteuren- en crediteurenadministratie;
  • de in- en verkoopadministratie;
  • de voorraadadministratie;
  • de loonadministratie.
Je moet de volgende gegevens ten minste 5 volle kalenderjaren na het einde van de dienstbetrekking bewaren:
  • de kopie van het identiteitsbewijs, en eventueel de aard en het nummer hiervan;
  • de loonbelastingverklaring of de gegevens van de werknemer voor de loonheffingen;
  • een verzoek om de loonheffingskorting wel of niet toe te passen;
  • (eventueel) de bijlage studenten- en scholierenregeling.
Let op!
Ook als je stopt met ondernemen, moet je de gegevens blijven bewaren.
Bron: De Belastingdienst
Tip van Ambitions.nu: Het is handig om privé-gegevens of andere gegevens die u liever niet wilt afstaan afgescheiden te bewaren van u administratie en eventuele backupserver van uw administratie. De fiscus kan namelijk de volledige backupserver opvragen bij een boekenonderzoek.