CAP verduidelijkt oprenting oudedagsverplichting in de BV

Volgens de wettekst wordt de oudedagsverplichting (ODV) jaarlijks verhoogd met het wettelijk vastgestelde percentage. In de praktijk was onduidelijk hoe men de rente moest bepalen wanneer een dga in de loop van het jaar zijn pensioenaanspraak had omgezet in een ODV en hoe men de rente moest bepalen bij het ingaan van de uitkeringen in de loop van het jaar.

Ook was niet duidelijk hoe men de rente moest bepalen  in voornoemde situaties voor de fiscale winstbepaling. In een Vraag & Antwoordbesluit van 29 september 2017 (V&A 17-027) heeft het Centraal Aanspreekpunt Pensioenen van de Belastingdienst (CAP) een handreiking gegeven om de oprenting in diverse situaties te bepalen.

Gewogen gemiddeldes

Uitgangspunt is de jaarlijkse oprenting op de omzettingsverjaardag. Bij omzetting van het pensioen in eigen beheer  in een ODV op 1 juli 2017, is de eerste omzettingsverjaardag 1 juli 2018. Bij het bepalen van de oprenting moet men uitgaan van de gewogen gemiddeldes van de rente voor de jaren 2017 en 2018. Voor de fiscale winstberekening per 31 december 2017 kan men de tijdsevenredige wettelijke rente voor 2017 nemen gedurende de maanden juli tot en met december 2017.

Als de uitkeringen bijvoorbeeld ingaan op 1 maart 2019, moet eerst de rente berekend worden vanaf de laatste omzettingsverjaardag, 1 juli 2018, tot 1 maart 2019. Hiervoor geldt dat men moet uitgaan van het gewogen gemiddelde van de rente voor 2018 en 2019.

Voor de fiscale winstberekening over het jaar 2019 moet er nog een aanvullende renteberekening plaatsvinden vanaf 1 januari 2019 tot 1 maart 2019.

Bij het ingaan van de uitkeringen, moet het ODV saldo op de uitkeringsverjaardag worden opgerent. Stel dat 1 maart 2019 de uitkeringen zijn ingegaan, dan is de eerste uitkeringsverjaardag 1 maart 2020. De grondslag voor de oprenting is de stand van de ODV per 1 maart 2019 minus de na die datum vervallen termijnen.

Als de oprenting niet op de balansdatum plaatsvindt, kan het deel van de eerstvolgende oprenting dat betrekking heeft op de periode tot (fiscale) balansdatum, bij het bepalen van de fiscale winst van het betreffende boekjaar in aanmerking worden genomen door op de fiscale eindbalans een transitorische passiefpost op te nemen.

(Bron: Taxence)