Terechte aansprakelijkstelling voor late suppleties

Hof Amsterdam oordeelt in hoger beroep dat de heer X niet aannemelijk  maakt dat de betalingsonmacht van de bv tijdig aan de ontvanger is gemeld of dat  de ontvanger hiervan op de hoogte is geraakt dan wel bekend had moeten zijn. X  heeft verzuimd controle uit te oefenen op de werkzaamheden van de controller van  de bv.

Belanghebbende, de heer X, is middellijk enig bestuurder van A bv, die  onderdeel is van de D-groep. X is (uiteindelijk) tevens enig aandeelhouder van  alle bv’s van de D-groep. In 2009 wordt een controle bij A bv aangekondigd. De  bv dient vervolgens btw-suppleties in over 2007 en 2008. In geschil is of X  terecht aansprakelijk is gesteld voor de btw-naheffing en de vergrijpboete van  25%. Rechtbank Haarlem stelt de ontvanger in het gelijk. X stelt in hoger beroep  dat de D-groep in het derde kwartaal van 2007 al betalingsproblemen had en dat  de ontvanger daarvan op de hoogte was. Hof Amsterdam oordeelt dat X niet  aannemelijk maakt dat de betalingsonmacht van A bv tijdig aan de ontvanger is  gemeld of dat de ontvanger hiervan op de hoogte is geraakt dan wel bekend had  moeten zijn. Contacten met de ontvanger over betalingsproblemen met betrekking  tot andere bv’s van de D-groep, brengen op zichzelf namelijk nog niet mee dat de  ontvanger daardoor op de hoogte is geraakt of behoorde te zijn van  betalingsonmacht van A bv. X maakt ook niet aannemelijk dat het niet aan hem is  te wijten dat A bv niet tijdig betalingsonmacht heetf gemeld. X wordt daarom  niet toegelaten tot weerlegging van het vermoeden van kennelijk onbehoorlijk  bestuur. De aansprakelijkstelling voor de rente, kosten en boete is ook terecht.  X heeft namelijk verzuimd controle uit te oefenen op de werkzaamheden van de  controller van de bv. X kon niet volstaan met het pas veel later raadplegen van  de jaarrekeningen. Het beroep van X is ongegrond.

(Bron: Taxlive)