PVV geeft doorslag voor afschaffing VAR per 1 mei

Staatssecretaris Eric Wiebes van Financiën heeft een meerderheid in de Eerste Kamer veiliggesteld voor afschaffing van de Verklaring arbeidsrelatie (VAR). Dinsdagavond kwam hij tegemoet aan de wens van het CDA om daar meer tijd voor te nemen.

De PVV gaf de doorslag door zich voor het wetsvoorstel deregulering beoordeling arbeidsrelatie (DBA) uit te spreken. Samen met CDA en de coalitie werd daarmee een meerderheid van 42 van de 75 zetels bereikt.

De VAR vervalt vanaf 1 mei en Wiebes stelt nu een overgangstermijn voor van een jaar, tot 1 mei 2017. Zelfstandigen zonder personeel en hun opdrachtgevers kunnen zich er zo samen met de Belastingdienst op voorbereiden dat ze dan moeten kunnen aantonen dat ze geen werknemersrelatie hebben. Dat kan door te werken op basis van door de fiscus goedgekeurde contracten.

Tijdens een debat waarin beide regeringsfracties VVD en PvdA hem op voorhand ‘het voordeel van de twijfel’ gaven, kwam de meeste kritiek daarop van D66-senator Alexander Rinnooy Kan, gevolgd door de woordvoerders namens GroenLinks en ChristenUnie.

Schijnzelfstandigheid

Opvallend was dat de SP, die in de Tweede Kamer nog tegen het wetsontwerp stemde, Wiebes onder bepaalde voorwaarden ook het voordeel van de twijfel leek te geven, vanwege de sympathie voor het achterliggende doel: het bestrijden van schijnzelfstandigheid.

Wiebes zegde de SP toe dat de Belastingdienst nieuwe constructies die ze aantreft in voorgelegde overeenkomsten, en die maar net binnen de wet vallen, anoniem en geschoond voor bedrijfsgevoelige informatie, openbaar zal maken. Die transparantie was voor de socialisten een ‘cruciale voorwaarde’ voor een ja-stem.

Ongeclausuleerde vrijwaring

Het kabinet wil af van de huidige Verklaring arbeidsrelatie (VAR) af die opdrachtnemers van de fiscus krijgen voor hun opdrachtgevers. Die zijn daarmee in de praktijk juridisch ‘ongeclausuleerd gevrijwaard’ van aansprakelijkheid voor schijnzelfstandigheid die ze zelf vaak afdwingen bij de zzp-ers.

Het kabinet moest voor de afschaffing van de VAR kunnen rekenen op een meerderheid van 38 van de 75 zetels in de Eerste Kamer als het volgende week tot de stemming komt. De coalitie zelf heeft er daarvan maar 21, waardoor Wiebes nog minimaal twee andere fracties en 17 zetels voor zich moest winnen.

Meer tijd

Het CDA (12 zetels) maakte bij monde van Marnix van Rij duidelijk dat zijn fractie de VVD-er zou steunen, mits hij meer tijd neemt voor invoering. Wiebes wilde per 1 april al van de VAR af, met een transitieperiode tot 1 januari 2017 om alle partijen aan het nieuwe systeem van modelovereenkomsten te laten wennen.

Van Rij wilde de VAR pas op 31 december definitief afschaffen en de handhaving van het nieuwe model pas na een overgangsperiode tot 1 juli 2017 ter hand nemen. Maar hij kon ook leven met het compromis van 1 mei, met een jaar overgangstijd.

Wiebes zegde ook toe dat hij door onafhankelijke deskundigen zoals hoogleraren, rechters en ‘mensen op de werkvloer’ nog zal laten toetsen of de overeenkomsten tussen zzp-ers en hun opdrachtgevers die de Belastingdienst goedkeurt, ook werkelijk conform de wet zijn. De PvdA was verontrust over de mogelijkheid dat de Belastingdienst fiscale zelfstandigheid erkende, die arbeidsrechtelijk juist een werknemersrelatie is.

Orwell

D66-er Alexander Rinnooy Kan vindt dat het kabinet onvoldoende duidelijk maakt welk probleem het precies wil oplossen. Volgens hem kan de huidige VAR-systematiek met een aantal aanpassingen nog prima dienst doen. De grote onzekerheid die de veranderingen teweegbrengen in de markt en de gevolgen daarvan, zijn volgens hem het relatief kleine probleem van schijnzelfstandigheid dat ermee wordt bestreden niet waard.

Rinnooy Kan sprak van een ‘Orwelliaans perspectief’ als opdrachtgevers en opdrachtnemers aan de Belastingdienst moeten uitleggen waarom ze een keer van hun modelovereenkomst zijn afgeweken. Wiebes zegt dat het nieuwe stelsel zekerheid biedt aan partijen die de fiscaal relevante bepalingen in hun overeenkomst naleven en dat een incidentele afwijking niet meteen tot naheffingen van loonbelasting en premies volksverzekeringen zal leiden.

Visie

D66 diende een motie in die om uitstel van de afschaffing van de VAR vraagt in afwachting van hervorming van de arbeidmarkt. Ook GroenLinks en ChristenUnie zetten grote vraagtekens bij de vraag of het kabinet het probleem niet disproportioneel te lijf gaat met de nieuwe wet. ChristenUnie schaarde zich achter de motie van D66 en Groenlinks zei zich nog nader te beraden.

De meeste senatoren missen een onderliggende visie van het kabinet op de toekomst van de arbeidsmarkt, waar de fiscaal aangemoedigde opkomst van de zzp-ers het traditionele werknemersmodel op losse schroeven zet.

(Bron: FD)