Een faillissement voorkomen met een crediteurenakkoord?

Wanneer een onderneming in financiële problemen verkeert en de schuldenlast (te) hoog is, heeft de onderneming de mogelijkheid een akkoord aan te bieden aan haar schuldeisers. Dit akkoord bevat veelal het aanbod aan de schuldeisers tot betaling van een percentage van hun vordering. Het restant van de vordering wordt kwijtgescholden. Met een dergelijk crediteurenakkoord wordt getracht een faillissement te voorkomen.

Onder de huidige wetgeving loopt de onderneming bij het aanbieden van een crediteurenakkoord vaak tegen een probleem aan. Alle schuldeisers aan wie een dergelijk akkoord wordt aangeboden, moeten met het akkoord instemmen. Indien één schuldeiser medewerking aan het akkoord weigert, wordt het akkoord veelal niet aangenomen met alsnog het faillissement van de onderneming tot gevolg.

De WHOA

Door invoering van de Wet Homologatie Onderhands Akkoord ter voorkoming van faillissement (de WHOA) wordt hierin verandering gebracht. Dit wetsvoorstel is op 26 mei jl. door de Tweede Kamer aangenomen. Indien het voorstel ook door de Eerste Kamer wordt aangenomen, wordt dit wetsvoorstel opgenomen in de faillissementswet.

Het wetsvoorstel heeft tot gevolg dat een crediteurenakkoord ook buiten faillissement door de Rechtbank kan worden goedgekeurd (homologatie). Hierdoor wordt het akkoord verbindend en zal dus gelden voor alle schuldeisers. De Rechtbank heeft derhalve de mogelijkheid een schuldeiser te dwingen in te stemmen met het akkoord.

Enkele voorwaarden voor het akkoord

Aan het aanbieden van een crediteurenakkoord zijn wel een aantal voorwaarden verbonden waaraan voldaan dient te worden alvorens de Rechtbank het akkoord zal goedkeuren of een dwangakkoord zal opleggen. Hieronder een aantal (niet limitatieve) voorwaarden:

  • Het akkoord moet door een ruime meerderheid van de schuldeisers en/of aandeelhouders worden ondersteund;
  • De onderneming die het akkoord aanbiedt moet rendabele bedrijfsactiviteiten hebben;
  • Het akkoord moet redelijk zijn: de schuldeisers en/of aandeelhouders mogen niet in een wezenlijk slechtere positie komen dan zij zouden hebben in geval van faillissement;
  • Het akkoord moet noodzakelijk en toereikend zijn om een faillissement van de onderneming te voorkomen.

Verzoek tot aanbieden akkoord door schuldeiser

Daarnaast kan ook een schuldeiser aansturen op een crediteurenakkoord. Een schuldeiser kan hiertoe een verzoek doen aan de onderneming in financiële problemen. Indien de onderneming geen gehoor geeft aan dit verzoek, kan de schuldeiser zich wenden tot de Rechtbank. De Rechtbank kan vervolgens een deskundige aanwijzen die namens de onderneming een akkoord kan aanbieden.

Voordeel bij reorganisatie

Wanneer een onderneming in financiële problemen verkeert, kan het aanbieden van een crediteurenakkoord bijdragen aan de mogelijkheden tot reorganisatie/herstructurering. Doordat de onderneming na betaling van het aangeboden bedrag aan de schuldeisers in beginsel veelal vrij is van schulden, kan het dienen als hulpmiddel bij de voortzetting van de onderneming in afgeslankte en/of aangepaste vorm. Het aanbieden van een crediteurenakkoord zal daarom in voorkomende gevallen onderdeel kunnen zijn van turnaround management of een financiële herstructurering.

Bijkomende voordelen

De onderneming die een crediteurenakkoord heeft aangeboden kan de Rechtbank verzoeken om een zogenoemde afkoelingsperiode in te voeren. Tijdens de afkoelingsperiode kunnen de schuldeisers zonder machtiging van de Rechtbank zich niet verhalen op goederen van de onderneming. Dit betekent dat zelfs de bank haar vordering niet mag verrekenen met het banksaldo van de onderneming.

De onderneming wiens faillissement reeds is aangevraagd, kan de faillissementsprocedure schorsen door alsnog een crediteurenakkoord aan te bieden. Het akkoord dient uiteraard wel aan te voorwaarden te voldoen.

Conclusie

Door invoering van de WHOA worden aan de onderneming in zwaar weer meer mogelijkheden geboden om een faillissement te voorkomen. De WHOA heeft is daarom zeker van toegevoegde waarde. Gezien de vereisten die gesteld worden aan het aanbieden van het crediteurenakkoord is het wel van belang dat een dergelijk akkoord goed wordt voorbereid en onderbouwd.

(Bron: HLB)