Aandachtspunten bij het werken met uitzendkrachten

De afgelopen maanden hebben werkgevers te maken gehad met verschillende wetswijzigingen, zoals de Wet werk en zekerheid (Wwz) en de Wet aanpak schijnconstructies (WAS). Ook voor de inhuur van uitzendkrachten zijn er verschillende wijzigingen aangekondigd, die al dan niet zijn doorgevoerd. In sommige gevallen zijn er wijzigingen doorgevoerd, maar in andere gevallen zijn de spelregels uiteindelijk toch hetzelfde gebleven. Hieronder een kort overzicht van de ontwikkelingen voor het werken met uitzendkrachten, waar u op moet letten.

 

Inlenersbeloning

Per 30 maart 2015 is in de cao voor uitzendkrachten bepaald, dat vanaf de eerste dag de inlenersbeloning van toepassing is. Hiermee wordt bedoeld dat het loon (en looncomponenten) van uitzendkrachten gelijk moet zijn aan dat van andere medewerkers die bij u in dienst zijn. Met de invoering van de WAS per 1 juli 2015 heeft de uitzendkracht/payroll-medewerker het recht om achterstallig loon ook bij u als inlener op te vragen, als hij bij het uitzendbureau geen gehoor krijgt.

 

G-rekening

In 2014 was er sprake van dat de g-rekening stapsgewijs vervangen zou worden door het depotstelsel. Dit was een jaar eerder al uitgesteld en van dit uitstel is nu zelfs afstel gekomen. Het depotstelstel is helemaal van de baan en de g-rekening blijft.

 

De spelregels van de g-rekening in het kort: als u uitzendkrachten inhuurt, loopt u het risico om aansprakelijk te worden gesteld als het uitzendbureau loonbelasting en premies sociale verzekeringen voor de uitzendkrachten die u inhuurt, niet afdraagt. U kunt dit risico beperken door een gedeelte van de factuur te storten op de g-rekening van het uitzendbureau. Het uitzendbureau kan met deze rekening alleen loonheffing, sociale lasten en omzetbelasting betalen. Voor andere zaken geldt een blokkade.

 

Als u bedragen op de g-rekening heeft gestort, loopt u voor de gestorte bedragen geen aansprakelijkheidsrisico meer. Doorgaans wordt 40 tot 45% van de factuur op de g-rekening gestort. Het is belangrijk dat u hierover schriftelijk afspraken maakt met uw uitzendbureau. Beschikt het uitzendbureau over een SNA-normering, dan is 25% voldoende. Gaat u met een uitzendbureau in zee? Vraag dan altijd naar deze certificering.

 

Buitenlandse uitzendkrachten

Als uw werkzaamheden in Nederland plaatsvinden en u via een Nederlands uitzendbureau buitenlandse uitzendkrachten inhuurt, dan moet het uitzendbureau vanaf de eerste werkdag Nederlandse loonbelasting en premies berekenen. Doet het uitzendbureau dit niet, dan loopt u een aansprakelijkheidsrisico. Dit geldt ook als het uitzendbureau niet in Nederland is gevestigd, maar uitzendkrachten naar Nederland uitzendt. Ook in deze situatie is een g-rekening belangrijk.

Een uitzendkracht kan in het land van herkomst verzekerd zijn voor de sociale verzekeringen, in dit geval moet het uitzendbureau een zogenaamde A1-verklaring kunnen overleggen. Het uitzendbureau hoeft dan geen premies werknemersverzekeringen in Nederland af te dragen. Om te voorkomen dat u dubbel aansprakelijk kunt zijn, is het belangrijk dat u dit bij uw uitzendbureau nagaat en een kopie van de A1-verklaring opvraagt.

(Bron: ABAB)