Verdeling hypotheekrente niet te herzien zonder toestemming ex-echtgenoot

Belastingadviseur A had in de aangiften IB 2010 de negatieve inkomsten uit de eigen woning van € 40.088 volledig toegerekend aan Y en alle gezamenlijke bezittingen en schulden voor box III volledig toegerekend aan zijn echtgenote X. De aanslagen waren conform de aangiften opgelegd. Na hun echtscheiding in 2013 wilde X de verdeling van de negatieve inkomsten uit eigen woning zodanig herzien dat de helft aan haar werd toegerekend. Hof Den Bosch besliste dat uit artikel 2.17, lid 4, Wet IB 2001 (tekst 2010) bleek dat X en de ex-echtgenoot gezamenlijk moesten verzoeken om de in de aangifte gekozen verdeling van de inkomensbestanddelen en vermogensbestanddelen te wijzigen. Uit de schriftelijke inlichtingen die de ex-echtgenoot het Hof had verstrekt, bleek dat er geen instemming van hem was met de door X gewenste wijziging, zodat de inspecteur de herziening van de verdeling volgens het Hof terecht had geweigerd.

(Bron: FUTD)