All posts in Nieuws voor de Zelfstandige zonder personeel (ZZP), belastingnieuws, giften

Voor zowel particulieren als VPB-ondernemingen die een gift doen aan een culturele instelling geldt al bijna vijf jaar een extra giftenaftrek: de multiplier. Op grond van de huidige wetgeving vervalt deze regeling per 1 januari 2018. Op Prinsjesdag heeft het kabinet zijn voornemen aangekondigd om de geldigheidsduur van de multiplierregeling met één jaar te verlengen tot 1 januari 2019. Bij aanneming van dit voorstel zal dus ook in 2018 een verhoogde aftrek gelden voor giften aan culturele instellingen.

Algemeen nut beogende instelling

Een instelling wordt als een algemeen nut beogende instelling (ANBI), mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:

  • de instelling zet zich voor 90% of meer in voor het algemene nut;
  • de instelling dient zowel feitelijk als statutair het algemeen belang;
  • er is geen sprake van een winstoogmerk;
  • de beschikkingsmacht over het vermogen ligt niet bij een natuurlijke persoon of rechtspersoon;
  • er wordt geen overtollig vermogen aangehouden;
  • bestuurders of beleidsbepalers ontvangen alleen een onkostenvergoeding en een niet-bovenmatig vacatiegeld;
  • de instelling heeft een actueel beleidsplan dat inzage geeft in de werkzaamheden en werving, beheer en besteding van gelden;
  • de kosten staan in een redelijke verhouding tot de bestedingen voor het doel;
  • een batig liquidatiesaldo komt ten goede aan het algemeen nut;
  • uit de administratie van de instelling blijkt dat aan bovenstaande voorwaarden wordt voldaan;
  • de instelling en de personen die rechtstreeks daaraan zijn verbonden voldoen aan de integriteitseisen; en
  • op internet worden bepaalde gegevens, waaronder de (officiële) naam, de contactgegevens, de doelstelling van de instelling, gepubliceerd.

 

Culturele instellingen

Een ANBI die voor minstens 90% actief is op cultureel gebied, kan de status ‘culturele ANBI’ krijgen. In het Programma ANBI op de internetsite van de Belastingdienst kunt u opzoeken of een instelling als zodanig is aangewezen. Achter de naam van de instelling in de kolom activiteit is dan ‘Cultuur’ vermeld. Voorbeelden van culturele instellingen zijn instellingen die actief zijn in onder andere beeldende kunst, bouwkunst, erfgoed, dans, film, letteren, (pop)muziek, (muziek)theater of vormgeving.

 

Belastingvoordeel voor donateur

Wat is het belastingvoordeel voor donateurs van een culturele instelling? Voor particulieren geldt een extra giftenaftrek in de inkomstenbelasting, de zogenaamde multiplierregeling. Zij mogen op basis van deze regeling in hun aangifte inkomstenbelasting 1,25 keer het bedrag van de gift aftrekken. Bij een periodieke gift van € 1.000 aan een culturele instelling kan een particulier dus een gift van € 1.250 in aanmerking nemen. Zie ook de artikelen: ‘Nieuw besluit over periodieke giften’ en ‘Lage sterftekans echtpaar verhinderde periodieke giftenaftrek’. De maximale gift waarop de multiplier kan worden toegepast bedraagt € 5.000. Let wel erop dat bij een eenmalige gift nog wel rekening moet worden gehouden met de drempel en het plafond voor de giftenaftrek. Ondernemingen die onder de vennootschapsbelasting vallen, mogen in de aangifte vennootschapsbelasting 1,5 keer het bedrag van de gift aftrekken, met een maximum van
€ 2.500. Mocht de Belastingdienst de ANBI-status achteraf met terugwerkende intrekken, dan wordt de giftenaftrek bij de donateur slechts teruggevorderd als hij te kwader trouw is.

 

Verlenging geldigheidsduur multiplier

De multiplierregeling is in het jaar 2012 ingevoerd voor een periode van vijf jaar. Dat betekent dat deze regeling zowel in de inkomstenbelasting als de vennootschapsbelasting per 1 januari 2018 vervalt. Op 15 maart 2017 heeft de Tweede Kamer de evaluaties van de multiplier giftenaftrek controversieel verklaard. De vraag of de multiplierregeling al dan niet moet worden gecontinueerd, wordt om die reden overgelaten aan het nieuwe kabinet. Wel wordt voorgesteld om de geldigheidsduur van de multiplierregeling met een jaar te verlengen tot 1 januari 2019. Voor deze verlenging is, naast aanneming van het voorstel door de Tweede en de Eerste Kamer, ook een goedkeuring van de Europese Commissie nodig.

(Bron: Taxence)

Wie een gift doet aan een algemeen nut beogende instelling (anbi) kan deze onder voorwaarden aftrekken van zijn inkomen of in het geval van een onderneming van de winst. Een particulier die een vrijwilligersvergoeding ontvangt van zo’n anbi, maar die daarvan afziet kan dit onder omstandigheden ook aftrekken als een gewone gift.

Begrip gift

Van een gift is sprake als deze gedaan is uit vrijgevigheid, en ook als gift is bedoeld. De gever mag op geen enkele wijze, direct of indirect, van of namens de stichting of vereniging een tegenprestatie krijgen.

Periodieke en gewone giften

Voor het aftrekken van gewone en periodieke giften gelden verschillende voorwaarden. In tegenstelling tot gewone giften geldt voor periodieke giften geen drempelinkomen of maximaal aftrekbaar bedrag. Een gift kwalificeert als een periodieke gift onder de volgende voorwaarden:

  • De gift is vastgelegd bij een notaris;
  • Er worden regelmatig (minstens 1 keer per jaar) bedragen overgemaakt naar de instelling of vereniging die in de notariële akte wordt genoemd;
  • Deze bedragen zijn steeds (ongeveer) even hoog;
  • Deze bedragen worden minimaal 5 jaar achter elkaar overgemaakt en de gift stopt uiterlijk bij het overlijden; en
  • Er wordt geen tegenprestatie geleverd aan de instelling of vereniging voor de gift.

 

Voor het aftrekken van gewone giften gelden de volgende voorwaarden:

  • De giften worden gedaan aan een instelling die bij de Belastingdienst is geregistreerd als een algemeen nut beogende instelling (ANBI);
  • De instelling levert geen tegenprestatie voor de giften;
  • Men moet aan de hand van schriftelijke stukken, zoals bankafschriften of kwitanties, aan kunnen tonen dat de giften daadwerkelijk zijn gedaan;
  • Het totale bedrag van de giften is meer dan het drempelbedrag. Men mag niet meer aftrekken dan het maximum. Het drempelbedrag is 1% van het drempelinkomen, met een minimum van € 60. Het maximum is 10% van uw drempelinkomen.

Geefwet

Sinds 1 januari 2012 zijn de bepaalde voorwaarden voor het verkrijgen van de anbi-status dankzij de invoering van de Geefwet versoepeld. Zo mogen anbi’s commerciëler zijn, mogen stichtingen en verenigingen meer winst maken, bestaat de mogelijkheid voor integrale belastingplicht en is de giftendrempel voor bv’s komen te vervallen. Maar een van de belangrijkste maatregelen uit de Geefwet is de multiplier bij culturele instellingen. Een belastingplichtige, bijvoorbeeld een particulier, voor de inkomstenbelasting mag volgens deze regeling 1,25 keer het bedrag van de verzamelgift in aanmerking nemen voor de giftenaftrek. Hierbij is een maximum van € 1250,- vastgesteld.

In de vennootschapsbelasting wordt ook gebruik gemaakt van een multiplier. Hier geldt dat 1,5 keer het bedrag van de gift in aftrek mag worden gebracht. De bovengrens was vastgesteld op 10% van de winst van een onderneming, maar is nu 50% van de winst (en een maximumbedrag van € 100.000) geworden. Het maximumbedrag waarover de multiplier mag worden toegepast is € 5000. Voor het deel van uw giften aan culturele instellingen boven de € 5000, geldt dan weer de normale aftrek van 100%.

Vrijwilligersvergoeding

Rechtbank Arnhem heeft onlangs beslist dat het voor de aftrek van een teruggeschonken vrijwilligersvergoeding als gift niet van belang was of de anbi wel of niet over voldoende middelen beschikte om de vergoeding daadwerkelijk uit te kunnen betalen. Volgens de rechtbank mocht de fiscus de aftrek niet weigeren, nu uit de overeenkomsten, convenanten en andere schriftelijke verklaringen was gebleken dat de vrijwilliger recht had op uitbetaling van een vrijwilligersvergoeding. Belangrijk was dat de vrijwilliger de volledige vrijheid had om over de vergoeding te beschikken en dat er geen sprake was van een verplichting om de vergoeding per omgaande terug te schenken. De staatssecretaris van Financiën heeft echter aangegeven deze uitspraak van de rechtbank niet inhoudelijk te volgen. Hiermee zou de deur worden opengezet naar allerlei opzetjes waarin de kern van de giftenregeling, de vrijgevigheid, wordt ondermijnd. Zie in dit kader het artikel ‘Teruggeschonken vrijwilligersvergoeding aftrekbaar als gift?’.

Gelijkheidsbeginsel

In een zaak voor Rechtbank Leeuwarden deed een vergelijkbaar geval zich voor. De vrijwilliger in kwestie had echter niet aannemelijk gemaakt dat er een reëel recht bestond op het verkrijgen van een vergoeding, zo stelde de rechtbank. In dat geval kon ook niet worden gesproken van afzien van een vergoeding. De rechtbank gaf de vrijwilliger toch gelijk op grond van het gelijkheidsbeginsel. De vrijwilliger had zich namelijk beroepen op de meerderheidsregel. In de meerderheid van de gevallen die vergelijkbaar waren met dit geval was een juiste wetstoepassing achterwege gebleven en werd de aftrek dus wel geaccepteerd. Volgens de rechtbank had de vrijwilliger op grond hiervan ook recht op aftrek van de terruggeschonken vergoeding. De rechter vond het niet van belang dat de aangiften van de gevallen die hiermee werden vergeleken niet zouden zijn onderzocht.

(Bron: Taxence)

In 2011 is er veel discussie geweest over zogeheten vrijwilligersverklaringen die algemeen nut beogende instellingen (ANBI’s) in toenemende mate bleken af te geven. In de verklaring wordt veelal aangegeven dat de vrijwilliger recht heeft op een kostenvergoeding tot € 1.500 per jaar maar daarvan vrijwillig afziet. Aldus zou die verklaring tot dat bedrag een giftenaftrek moeten opleveren. Hoewel de vrijwilligersverklaring geen officieel stuk is en de aftrek eigenlijk onmogelijk kan zijn gebaseerd op basis van alleen een dergelijke verklaring is onder grote politieke druk over de afgelopen jaren een zeer soepel beleid ontstaan. Mogelijk kunt u daar nog gebruik van maken en hoe zit dat bij uw aangifte over 2011?

Vrijwilligersvergoedingen

Vrijwilligers krijgen in het algemeen geen echte beloning voor hun werk. Maar zij maken soms wel degelijk kosten en de instelling of vereniging kan zulke kosten natuurlijk wel belastingvrij vergoeden. Meestal gaat het maar om heel kleine bedragen. Om nu te voorkomen dat instellingen en verenigingen allerlei bonnetjes moeten gaan bewaren om te kunnen aantonen dat de betalingen aan de vrijwilligers echte kostenvergoedingen zijn, is geregeld dat vergoedingen tot € 1.500 per jaar belastingvrij mogen worden uitbetaald. Tot dat bedrag controleert de Belastingdienst ook niet of er wel echte kosten tegenover staan.
­
In feite kan de vergoeding daardoor in de praktijk dan tevens enige beloning betekenen voor het verrichte vrijwilligerswerk. Vergoedingen boven € 1.500 per jaar moeten overigens wel voor het volle bedrag aangetoond kunnen worden.

Aftrek bij ontbreken vergoeding

Veel verenigingen of instellingen hebben helemaal geen geld om kostenvergoedingen te betalen. Daar doen de vrijwilligers meestal ook niet moeilijk over. Dan betalen ze die kosten gewoon zelf. In feite schenken zij dan het bedrag van hun gemaakte kosten aan de instelling. Die schenking kan vervolgens een aftrekbare gift opleveren, indien de instelling waarvoor zij werken een erkende goeddoelinstelling is, bijvoorbeeld een kerk of een welzijnsorganisatie. De instelling moet dan een zogenoemde ANBI-beschikking van de Belastingdienst hebben. Op de internetsite van de Belastingdienst kunt u zien of een instelling als ANBI wordt aangemerkt.
­
Maar welke kosten zijn nu als gift aftrekbaar? De Hoge Raad heeft bepaald dat kosten in ieder geval als gift aftrekbaar zijn als de vrijwilliger recht heeft op een vergoeding voor de kosten die hij maakt, maar van dat recht vrijwillig afziet. De rechter stond echter ook giftenaftrek toe als de vrijwilliger geen vergoeding kan krijgen omdat de instelling slecht bij kas zit, maar wel kosten heeft gemaakt die ‘naar algemeen aanvaarde maatschappelijke maatstaven’ vergoed zouden moeten worden. Kortom: het moet dan min of meer normaal zijn dat dergelijke instellingen bedoelde kosten wel vergoeden.
­
De instellingen speelden daar op een bijzondere wijze op in. Zij gaven geen vergoedingen aan hun vrijwilligers, maar reikten een verklaring  uit waarin staat dat zij recht zouden hebben op € 1.500 aan kostenvergoeding, maar dat zij daarvan vrijwillig hebben afgezien. De vrijwilliger claimt vervolgens voor dat bedrag aftrek van giften.
­
Zo simpel kan het echter niet zijn. Giften moeten volgens de wet “met schriftelijke bescheiden gestaafd kunnen worden”. Een formulering die wat zwaar aandoet maar waaruit in ieder geval wel blijkt dat er bewijsstukken van de kosten moeten zijn. Op die manier kan de inspecteur ook beoordelen of het hier wel gaat om kosten die normaal gesproken vergoed zouden moeten worden.

Onder politieke druk toch heel soepel beleid

Bij politici spelen de kiezersgunsten een grote rol en zij blijken niet te schromen om daarvoor een correcte wetstoepassing te laten sneuvelen. Hoewel aftrek niet te verdedigen is op basis van louter de vrijwilligersverklaring van de instelling is er in de loop van 2011 onder grote politieke druk (een kamerbreed gesteunde motie) een zeer soepel beleid  tot stand gekomen. De achtergrondgedachte daarbij was dat de vrijwilligers te goeder trouw meenden dat de verklaring hun bepaalde rechten gaf.

Als de vrijwilliger aftrek heeft gevraagd en gehad zal de Belastingdienst daar over de jaren 2008 tot en met 2010 in ieder geval niet meer op terugkomen (dus geen navorderingsaanslagen), tenzij sprake is van een zwaar vermoeden van misbruik. Het doet er niet toe of de aftrekpost terecht is verleend of niet, en dus is zelfs ook niet van belang of er überhaupt wel kosten zijn gemaakt.
­
Als er nog aanslagen over die jaren worden opgelegd zal evenmin een correctie worden toegepast maar voor die situatie moet het wel aannemelijk zijn dat de vrijwilliger kosten heeft gemaakt. De gemaakte kosten worden dan overigens wel met coulance beoordeeld als de vrijwilliger geen bonnetjes heeft bewaard en daarom de kosten niet echt kan onderbouwen. Reeds aangebrachte correcties worden op verzoek weer teruggenomen.
­
Als u beschikt over een vrijwilligersverklaring van een ANBI en u aannemelijk kunt maken dat u kosten voor de instelling hebt gemaakt kunt u voor die kosten over de genoemde jaren 2008 t/m 2010 alsnog om toepassing van het soepele beleid vragen. Dat kunt u ook nog doen voor aanslagen over jaren waarvoor de bezwaartermijn al lang en breed is verstreken. Het is wel van belang dat het gaat om een vergoeding voor daadwerkelijke kosten en niet om andersoortige vergoedingen (zoals een beloning voor verrichte vrijwilligerswerkzaamheden). Daarop ga ik aan het slot nog in.

Hoe zit het met de vrijwilligerskosten in uw aangifte over 2011?

Voor het jaar 2011 lijkt me het genoemde beleid goeddeels ook nog van toepassing, mede omdat de beleidswijziging pas in de loop van 2011 heeft plaatsgevonden en eerst vanaf 2012 daadwerkelijk een nieuwe regeling in de wet is neergelegd. Hoewel de fiscus hier toch wat moeilijker over zou kunnen doen door echte bewijsstukken te vragen  ga ik er vooralsnog vanuit dat u ook voor 2011 met de vrijwilligersverklaring uw kosten nog als giften kunt aftrekken als u aannemelijk kunt maken dat u daadwerkelijk kosten voor de instelling hebt gemaakt.

Hoe zit het met de vergoeding voor verrichte vrijwilligerswerkzaamheden?

Ook als u voor uw werkzaamheden voor de ANBI-instelling daadwerkelijk een vergoeding kunt krijgen maar daarvan vrijwillig afziet, kan het bedrag van deze vergoeding onder de giftenaftrek vallen. Dan gelden er echter wel wat zwaardere voorwaarden, zoals:

  • De financiële situatie van de ANBI is zo dat zij de vergoeding ook kan uitbetalen.
  • De ANBI heeft de bedoeling om de vergoeding daadwerkelijk uit te betalen.
  • U moet zelf kunnen bepalen dat u de vergoeding niet wilt ontvangen en aan de ANBI      schenkt.

(Bron: Kluwer Belastinggids)