All posts in Nieuws voor het MKB(BV), subsidies, diversen

Veel ondernemers hebben gebruikgemaakt van de mogelijkheid om de NOW 1.0 en 2.0 aan te vragen. Maar er heerst onduidelijkheid over de verplichting om te veel ontvangen subsidie terug te betalen. En over welke verklaring u moet overleggen bij de definitieve aanvraag. Welke verplichtingen en mogelijkheden heeft u als werkgever bij gebruik van de NOW? Wij zetten het voor u uiteen.

Wat speelt er?

De NOW is een subsidie die afhankelijk van de omzetdaling door de coronacrisis loonkosten vergoedt. De regeling is bedoeld voor het behoud van werkgelegenheid. De NOW kent twee tijdvakken. Voor het eerste tijdvak (NOW 1.0) moest er uiterlijk op 5 juni 2020 een aanvraag zijn ingediend. Voor het tweede tijdvak (NOW 2.0) kan tot en met 31 augustus 2020 een aanvraag worden ingediend.

Vaststelling aanvragen voor de NOW

Een vaststelling van de aanvraag kan ingediend worden vanaf 7 oktober 2020 (NOW 1.0) of 16 november 2020 (NOW 2.0). In beide regelingen is de verplichting opgenomen dat u voor uw onderneming binnen 24 weken (of 38 weken als u een accountantsverklaring moet overleggen) na deze data een definitieve vaststelling van de subsidie moet aanvragen.

Verklaring voor vaststellingsverzoek NOW: drie situaties mogelijk

In een aantal gevallen zal u als ontvanger van de NOW een verklaring moeten overleggen bij het vaststellingsverzoek. Daarbij zijn drie situaties te onderscheiden.

Situatie 1

Uw onderneming heeft een voorschot ontvangen dat € 20.000 of lager is, en de definitieve toegekende subsidie is niet hoger dan € 25.000. In dat geval hoeft uw onderneming geen enkele verklaring te overleggen.

Situatie 2

Uw onderneming heeft een voorschot ontvangen van meer dan € 20.000, maar minder dan € 100.000. En de uiteindelijke toegekende subsidie is meer dan € 25.000, maar minder dan € 125.000. De onderneming moet dan een zogenaamde ‘derdenverklaring’ overleggen. Deze derdenverklaring kan worden afgegeven door een accountant, administratiekantoor of een belasting- of financieel adviseur. In deze derdenverklaring bevestigt deze persoon dat uit de administratie blijkt dat de in het vaststellingsverzoek gemelde omzetdaling zich daadwerkelijk heeft voorgedaan.

Helaas is momenteel nog niet duidelijk wat de inhoud van de derdenverklaring precies zal zijn. De verwachting is dat het werk dat deze derde hiervoor moet verrichten in de praktijk relatief beperkt zal zijn.

Situatie 3

Wanneer de onderneming meer dan € 100.000 aan voorschot en/of een uiteindelijk toegekende subsidie van meer dan € 125.000 heeft gekregen, moet de onderneming bij het vaststellingsverzoek een zogenaamde accountantsverklaring overleggen. Dat houdt in dat een registeraccountant (RA) of een accountant-administratieconsultent (AA) een verklaring moet afgeven over de omzetdaling en mogelijk ook de loonkosten.

Let op! De werkzaamheden en de tijd die gepaard gaan met het afgeven van een accountantsverklaring, zullen in de praktijk omvangrijker zijn dan bij een derdenverklaring. Welke werkzaamheden de accountant precies moet uitvoeren, wordt door de beroepsorganisatie momenteel nog besproken met het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.

Voorkom schuiven met omzetcijfers!

Het lijkt in een crisissituatie natuurlijk aantrekkelijk om met omzetcijfers te gaan schuiven om zo een hogere subsidie te krijgen. Houd er wel rekening mee dat wanneer een adviseur of accountant dit constateert, u geen verklaring krijgt en dus geen subsidie ontvangt en het reeds ontvangen voorschot moet terugbetalen. Daarnaast loopt u het risico dat u wegens het plegen van fraude wordt vervolgd.

De werkzaamheden van de derde voor de derdenverklaring en de accountants zullen altijd zien op de beoordeling van de gemaakte omzet. Daarnaast zullen zij ook altijd kijken naar de omzet van de opvolgende maanden en het onderhanden werk op het moment van aanvang en het einde van de aangegeven omzetperiode.

Wat kunt u nu al doen?

Aangezien de verwachting is dat veel ondernemers een derden- of accountantsverklaring nodig hebben om de definitieve aanvraag NOW 1.0 en NOW 2.0 tijdig en compleet in te dienen, gaan wij nu al in overleg met onze cliënten om de omzet over de aangevraagde periode te bepalen. Deze werkzaamheden kunnen namelijk nu al gedaan worden. Bovendien weet u daardoor ook sneller wat de daadwerkelijke omzetdaling en de te verwachten definitieve subsidie gaat zijn. Mocht u nog subsidie terug moeten betalen, kunt u hier rekening mee houden in uw liquiditeitsprognoses.

U heeft NOW ontvangen, maar nu blijkt dat uw omzetdaling minder is dan 20%

Tijdens de voorbereidende werkzaamheden kan duidelijk worden dat uw omzetdaling minder is dan 20%. U heeft dan geen recht op NOW. Betekent dit dat u dan nog wel een derdenverklaring of accountantsverklaring moet overleggen?

Nee, u geeft dan bij de definitieve aanvraag aan, dat u een omzetdaling heeft van minder dan 20%. Vervolgens is het overleggen van een verklaring niet noodzakelijk. U heeft tenslotte geen recht op de NOW. Weet u nu al dat u geen recht heeft op de NOW? Dan kunt u uw aanvraag intrekken. Dit moet schriftelijk gedaan worden bij het UWV. U ontvangt vervolgens van het UWV een brief waarin staat hoe en wanneer u het te veel ontvangen bedrag kunt terug betalen. Wilt u zich nu al voorbereiden op het aanvragen van een vaststellingsverzoek? Neem dan contact op met uw contactpersoon bij DRV of vul het contactformulier hieronder in.

(Bron: DRV)

Het kabinet trekt opnieuw fors de knip voor een derde steunronde voor bedrijven vanwege de coronacrisis. De tegemoetkomingen worden tot 1 juli 2021 voortgezet, maar wel stapsgewijs afgebouwd. Wat zijn de nieuwe plannen?

NOW 3.0: omzetverlies omhoog, tegemoetkoming omlaag

De tegemoetkoming in de loonkosten voor bedrijven met omzetverlies wordt verlengd. De verlenging betreft drie keer een periode van drie maanden. In de eerste periode van de verlenging (oktober t/m december 2020) moet het omzetverlies – net als nu – minstens 20% zijn. De compensatie van de loonkosten bedraagt dan maximaal 80% in plaats van de huidige 90% van de NOW 2.0.

In de tweede (januari t/m maart 2021) en derde periode (april t/m juni 2021) moet het omzetverlies minstens 30 respectievelijk 40% zijn. De compensatie bouwt dan af naar maximaal 70%, respectievelijk 60% van de loonkosten. De opslag van 40% op de loonkosten in verband met werkgeverslasten blijft gehandhaafd.

NOW 3.0Minimaal omzetverlies    Maximale compensatie 
Oktober t/m december 202020%80%
Januari t/m maart 202130%70%
April t/m juni 2021  40%60%

Beperkte loondaling zonder gevolgen

Het kabinet heeft aangegeven dat werkgevers hun loonsom gedeeltelijk kunnen verlagen, zonder dat dit gevolgen heeft voor de tegemoetkoming ingevolge de NOW 3.0. In de eerste periode van drie maanden (oktober t/m december 2020) mag de loonsom 10% dalen, in de tweede periode (januari t/m maart 2021) mag dit 15% zijn en in de derde periode (april t/m juni) 20%. De reden van de loonsomdaling is voor de NOW 3.0 niet van belang. Dit kan het gevolg zijn van ontslagen of bijvoorbeeld door afspraken over het vrijwillig inleveren van salaris. Uit de nog te publiceren regeling voor NOW 3.0 zal blijken welke korting op de tegemoetkoming volgt als genoemde percentages worden overschreden.

Ontslagboete vervalt

Ondernemers krijgen geen korting meer op de NOW-subsidie als sprake is van ontslag om bedrijfseconomische redenen. Dit is bij de NOW 2.0 wel het geval. In de NOW 2.0 krijgt een ondernemer een boete als hij 20 of meer werknemers om bedrijfseconomische redenen ontslaat, zonder dat hierover overeenstemming is bereikt met de vakbond of een ander vertegenwoordigend orgaan.

Aanvragen NOW 3.0 in november

Het kabinet streeft ernaar om de aanvraag voor de NOW 3.0 op 16 november 2020 te laten starten. Deze aanvraag geldt dan voor de eerste periode van oktober tot en met december 2020.

LET OP! De precieze voorwaarden van NOW 3.0 worden op dit moment nader uitgewerkt en zullen uiterlijk 1 oktober 2020 bekend worden gemaakt.

Tozo ook verlengd

De Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandig ondernemers (Tozo) blijft ook gehandhaafd tot 1 juli 2021. Nieuw is de voorwaarde dat de ondernemer over niet meer dan € 46.520 aan directe geldmiddelen mag beschikken, zoals banksaldi. Daarbij blijven bedrijfskapitaal, de eigen woning en afgeschermd pensioen buiten de berekening. De toets op het inkomen van de partner blijft van kracht.

Ook blijft de mogelijkheid bestaan om een lening via de Tozo af te sluiten voor maximaal € 10.157. Ondernemers die zich vanwege corona op hun toekomst willen heroriënteren, kunnen hier vanaf 1 januari 2021 begeleiding in krijgen via de gemeente.

Aanvragen

De Tozo 3.0 is aan te vragen tussen 1 oktober 2020 en 30 juni 2021. De startdatum van de aanvraagmogelijkheid kan per gemeente verschillen. Houd de website van uw gemeente in de gaten voor meer informatie.

TVL: naar € 90.000 maar strenger beleid

Ondernemers in specifiek getroffen sectoren, zoals de horeca en evenementenbranche, kunnen tot 1 juli 2021 een beroep blijven doen op de TVL (tegemoetkoming voor Vaste Lasten mkb). Ook voor de TVL wordt nu de periode tot 1 juli 2021 onderverdeeld in drie periodes van elk drie maanden, waarbij voor elke periode de maximale TVL € 90.000 bedraagt, in plaats van de € 50.000 die gold voor de TVL uit het tweede steunpakket. Voor iedere periode moet een nieuwe aanvraag worden gedaan. 

Meer omzetverlies vereist

Vanaf januari 2021 geldt dat het omzetverlies minimaal 40% in plaats van 30% moet zijn om voor de TVL in aanmerking te komen. Vanaf april 2021 moet het omzetverlies zelfs minstens 45% zijn. Voorwaarde is verder dat een bedrijf per periode van drie maanden minimaal € 4.000 aan vaste lasten heeft.

Uitstel en aflossen van belastingschulden

Ondernemers kunnen nog tot 1 oktober 2020 uitstel van belastingbetaling aanvragen of een verlenging van het uitstel aanvragen. Daarmee loopt voor alle ondernemers het uitstel uiterlijk op 1 januari 2021 af.

Het betekent ook dat vanaf 1 januari 2021 met de aflossing van belastingschulden moet worden begonnen. Dit kan gespreid over 24 maanden. In individuele probleemgevallen kan een maatwerkoplossing worden gezocht. Daarvoor is wel een derde-deskundige-verklaring vereist.

Voorts blijft de invorderingsrente tot 31 december 2021 gehandhaafd op 0,01%. De belastingrente bedraagt per 1 oktober 2020 echter weer 4% bedragen. Dit percentage geldt tijdelijk ook voor de venootschapsbelasting, (Vpb) maar slechts tot 31 december 2021. Daarna geldt voor de Vpb weer een belastingrente van minimaal 8%.

Aanvullend sociaal pakket

Vanwege het verlies aan banen vanwege corona wordt zo’n € 1,4 miljard uitgetrokken voor tal van sociale maatregelen, zoals begeleiding bij het vinden van nieuw werk door het UWV en gemeentes. Ook is dit geld beschikbaar voor om- en bijscholing en extra ondersteuning voor mensen die kwetsbaar zijn, zoals jongeren en mensen in de banenafspraak (voor mensen met een arbeidsbeperking). Daarnaast komt er steun voor mensen met een hoog risico op armoede en problematische schulden.

(Bron: Alfa)

Aan de vooravond van Prinsjesdag heeft het kabinet vandaag een verdere verlenging en aanvulling op het noodpakket banen en economie aangekondigd: het noodpakket 3.0. Het nieuwe pakket heeft ook een langere duur. Dat biedt in ieder geval meer zekerheid en rust.

De volgende zaken zijn aangekondigd:

  • De NOW regeling wordt voor negen maanden (drie keer drie maanden) verlengd. De tegemoetkoming wordt geleidelijk afgebouwd in de 3 perioden, zo blijkt uit een bericht van het kabinet van vandaag. Dit terwijl het er gisteren – na overleg met de sociale partners – nog op leek de regeling niet/nauwelijks zou worden versoberd. Het minimale omzetverlies gaat vanaf het tweede tijdvak omhoog naar van 20% naar 30% en de vergoeding daalt van 80%, naar 70% naar 60%. Wel wordt toegestaan dat de loonsom geleidelijk daalt met 10%, 15% en 20% in de opvolgende tijdvakken van 3 maanden.
  • De overbruggingsregeling zelfstandig ondernemers (TOZO) wordt verlengd tot 30 juni 2021 maar wordt wel verder versoberd door de opname van een bepaalde (beperkte) vermogenstoets.
  • Het maximale bedrag van de tegemoetkoming vaste lasten (TVL) wordt verhoogd naar € 90.000 per drie maanden. De regeling wordt met drie keer drie maanden verlengd tot en met 30 juni 2021 en in die periode geleidelijk afgebouwd.
  • De extra, verruimde of meer toegankelijke kredietverlening en -garanties aan kleine en middelgrote bedrijven voor voldoende liquiditeit (BMKB-C, GO-C en KKC) blijven ook na 1 oktober 2020 beschikbaar.
  • Ondernemers krijgen de tijd om de opgebouwde belastingschuld weer af te lossen. Zij krijgen een betalingsregeling aangeboden van de belastingdienst waarmee ze tot 1 januari 2023 iedere maand een vast bedrag terug betalen. Is de periode van twee jaar te kort voor een ondernemer, dan zal de Belastingdienst samen met hem/haar kijken of een maatwerkoplossing mogelijk is op basis van bestaand beleid. Uiteraard kan de ondernemer ook eerder aflossen als hij dat wil.
  • De tijdelijke verlaging van de invorderingsrente van 0,01% blijft van toepassing tot en met 31 december 2021.
  • De belastingrente gaat wel weer naar 4%. Dat geldt tot 31 december 2021 ook voor de vennootschapsbelasting. Die laatste zal dus tot die tijd niet worden verhoogd naar de oorspronkelijke 8%.
  • Een aantal andere belastingmaatregelen die wegens corona genomen zijn, zoals de betaalpauze voor hypotheekverplichtingen, lopen door tot 1 januari 2021.
  • Nieuw is dat werknemers recht behouden op reisaftrek voor ov-kosten voor woon-werkverkeer die zij niet van de werkgever vergoed krijgen, ook al werken zij thuis. Voorwaarde is dat de kosten ongewijzigd zijn gebleven.
  • Het kabinet neemt nieuwe maatregelen ter stimulering van investeringen en uiteindelijk economische groei.
  • Het kabinet zorgt voor een aanvullend sociaal . Onder meer met het oog op de begeleiding bij het vinden van nieuw werk en voor om- en bijscholing en de extra ondersteuning van mensen die kwetsbaar zijn in een economische crisis, zoals jongeren en mensen in de banenafspraak.
  • De culturele sector krijgt bovenop de algemene steunmaatregelen extra ondersteuning.

(Bron: Flynth)

Sinds dinsdag 30 juni 2020 kunnen mkb-ondernemers en zzp’ers, die direct geraakt zijn door de kabinetsmaatregelen in verband met het coronavirus, de Tegemoetkoming Vaste Lasten mkb (TVL) aanvragen. Deze regeling is de opvolger van de eerdere Tegemoetkoming Ondernemers Getroffen Sectoren COVID-19 (TOGS). 

Subsidie voor vaste lasten mkb-onderneming bovenop NOW

Bedrijven met minder dan 250 medewerkers die op grond van de regeling kwalificeren als ’mkb-onderneming’ krijgen, afhankelijk van de hoogte van de vaste lasten en het omzetverlies (minimaal 30%), een subsidie voor hun vaste lasten. De subsidie bedraagt minimaal €1.000 en maximaal € 50.000 en geldt voor de periode van 1 juni tot en met 30 september 2020. De subsidie voor vaste lasten komt bovenop de tegemoetkoming in de loonkosten (NOW). Wel kan de TVL-subsidie invloed hebben op de hoogte van de tegemoetkoming op grond van de NOW.

Dezelfde getroffen sectoren uit de TOGS-regeling komen in aanmerking voor de TVL-subsidie. Het gaat daarbij om mkb-ondernemers en zzp’ers die door de coronacrisis veel omzet verliezen. 

Voorwaarden Tegemoetkoming Vaste Lasten (TVL)

Om in aanmerking te komen voor de TVL-subsidie moet aan de volgende voorwaarden zijn voldaan:

  • Het bedrijf valt onder de definitie ‘mkb’, waarvoor de zogenaamde ‘mkb-toets’ geldt die gebaseerd is op Europese regelgeving;
    • Een van de voorwaarden bij deze mkb-toets is dat het bedrijf minder dan 250 werknemers heeft;
  • Het bedrijf heeft meer dan 30% omzet verloren door de coronacrisis;
  • Het bedrijf heeft minimaal 4.000 euro aan vaste lasten in de periode juni tot en met september 2020. 
  • Het gaat om vaste lasten die doorlopen, zoals huur, pacht, onderhoud, verzekeringen, vaste leasecontracten, afschrijving van apparatuur en abonnementen (loonkosten horen hier niet bij). Deze worden gecompenseerd door de Tijdelijke Noodmaatregel Overbrugging voor behoud van Werkgelegenheid (NOW));
  • De SBI-code van het bedrijf staat op deze lijst met vastgestelde SBI-codes;
  • Het bedrijf is vóór 15 maart 2020 opgericht en is ingeschreven in het Handelsregister van de KvK;
  • Het bedrijf heeft een vestiging in Nederland.
  • Minimaal één vestiging van het bedrijf heeft een ander adres dan het privéadres van de eigenaar/eigenaren. Of de vestiging staat los van de privéwoning én heeft een eigen opgang of toegang. Een uitzondering hierop zijn horecaondernemingen met SBI-code 56.10.1, 56.10.2 en 56.30 en ambulante handel. 
  • Wanneer een mkb-bedrijf 30% of meer omzet verliest voor zijn geregistreerde nevenactiviteit, wordt alleen het omzetverlies van de nevenactiviteit in de subsidieberekening meegenomen.
  • Mkb-ondernemingen die zelf produceren en daarbij een winkel hebben, komen alleen met het omzetverlies van de winkel in aanmerking voor de subsidie.
  • Het bedrijf is niet failliet en heeft geen uitstel van betaling aangevraagd bij de rechtbank.
  • Het bedrijf is geen overheidsbedrijf.

Hoogte subsidie

De TVL-subsidie wordt berekend aan de hand van het omzetverlies en een 
percentage vaste lasten per sector aan de hand van gegevens van het Centraal 
Bureau voor de Statistiek (CBS). Hieronder volgt een rekenvoorbeeld.

Referentieomzet juni t/m september 2019: € 600.000,-
Omzetverlies juni t/m september 2020: 50%
Sectorpercentage vaste lasten: 40%
Maximale vergoeding vaste lasten: 50%

€ 600.000 x 50% x 40% x 50% = € 60.000,- 

Aangezien de TVL-subsidie is gemaximeerd op € 50.000,-, ontvangt dit bedrijf de maximale tegemoetkoming van € 50.000,-. Het voorschot bedraagt 80% van dit bedrag, oftewel € 40.000,-.

Aanvragen

Het aanvragen van deze subsidie kan eenmalig en is vanaf 30 juni 2020 bij de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) mogelijk. Ondernemingen kunnen de subsidie tot uiterlijk 30 oktober 2020 aanvragen. 

(Bron: BDO)

1. Vaste (forfaitaire) opslag verhoogd naar 40 procent

De vaste (forfaitaire) opslag wordt verhoogd van 30 naar 40 procent. Daarmee levert de NOW ook een bijdrage aan andere kosten dan de loonkosten. De referentiemaand voor de loonsom wordt maart 2020.

2. Geen betaling winstuitkeringen en bonussen en inkoop eigen aandelen

Wanneer u gebruikmaakt van de NOW, mag u over 2020:

  • geen winstuitkering aan aandeelhouders doen;
  • geen bonussen aan het bestuur en de directie uitkeren;
  • en geen eigen aandelen inkopen.

Bonussen aan gewone medewerkers, die horen bij de normale beloningssystematiek zijn wel toegestaan. 

3. Subsidie niet extra verlaagd bij bedrijfseconomisch ontslag

In de verlengde NOW blijft de correctie op de subsidie bij ontslag bestaan. Wordt tijdens het subsidietijdvak ontslag aangevraagd die niet of niet tijdig wordt ingetrokken, dan zal bij de afrekening de subsidie voor 100% worden gecorrigeerd met de hoogte van de loonsom van de werknemers waarvoor ontslag is aangevraagd. De extra boete zoals deze gold bij een bedrijfseconomisch ontslag geldt niet meer.

Is er sprake van bedrijfseconomisch ontslag, dan moet u bij de nieuwe NOW-aanvraag wel verklaren dat u overlegt met vakbonden wanneer u voor meer dan 20 medewerkers bedrijfseconomisch ontslag wilt aanvragen.

Wanneer u geen akkoord bereikt over de ontslagaanvraag met de belanghebbende vakbonden (of bij gebreke daarvan een andere vertegenwoordiging van werknemers) en er ook niet om mediation is gevraagd bij een bij de Stichting van de Arbeid in te richten commissie, zal wel een korting van 5% van de uiteindelijke NOW subsidie worden opgelegd,

De wettelijke bescherming bij ontslag die medewerkers hebben, blijft gewoon van kracht.

4. Verplichting stimuleren bij- en omscholing

Vraagt u de NOW aan, dan wordt u verplicht om uw medewerkers te stimuleren om aan bij- en omscholing te gaan doen. Hierover moet u bij de aanvraag van de verlengde NOW ook een verklaring afleggen.

Ter ondersteuning van initiatieven van sociale partners trekt het kabinet daarvoor 50 miljoen euro uit via het crisisprogramma ‘NL leert door’, waarmee mensen vanaf juli 2020 kosteloos online scholing en ontwikkeladviezen kunnen volgen om zich aan te passen aan de nieuwe economische situatie.

(Bron: De Jong & Laan)

Eind juni volgt de regeling Tegemoetkoming Vaste Lasten mkb (TVL) de Tegemoetkoming Ondernemers Getroffen Sectoren (TOGS) op. Ondernemers die actief zijn in sectoren die getroffen zijn door de coronacrisis kunnen in aanmerking komen voor de TVL. Naar verwachting gaat het landelijk om 200.000 ondernemingen.

Voor wie?

De TVL is bedoeld voor mkb-bedrijven die minstens 30% van hun omzet hebben verloren door de coronacrisis en als gevolg daarvan hun vaste lasten niet meer kunnen betalen. Loonkosten zijn uitgezonderd, die worden vanuit de NOW 2.0-regeling gecompenseerd. Het gaat specifiek om ondernemers in de getroffen vastgestelde sectoren, waaronder horeca, recreatie, sportscholen, evenementen, sauna’s en theaters.

Hoogte tegemoetkoming TVL

De hoogte van de TVL is gebaseerd op het totale omzetverlies. De overheid berekent per sector de vaste lasten als een percentage van het omzetverlies. Dit percentage vormt de basis voor de uiteindelijke berekening van de hoogte van de toelage vanuit de TVL. Bedrijven ontvangen maximaal €50.000 voor een periode van 4 maanden (1 juni tot 1 oktober 2020). 

Let op: details nog niet bekend

Op dit moment zijn de hoofdlijnen van de regeling bekend. De details, zoals overige voorwaarden en bepaling van de hoogte van de tegemoetkoming, worden de komende weken bekend gemaakt.

(Bron: Flynth)

Eind 2017 zijn de milieu- en energielijsten voor 2018 gepubliceerd. Op deze lijsten staan de investeringen in bedrijfsmiddelen opgesomd. Hiervoor geldt vanaf 1 januari 2018 de milieu-investeringsaftrek (MIA) en de energie-investeringsaftrek (EIA). Deze lijsten worden jaarlijks gewijzigd en zijn te vinden op de site van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO).

Algemeen
Behalve de voorwaarde dat het bedrijfsmiddel op de lijsten moet komen te staan, moet de investering aan de volgende drie eisen voldoen. De investering moet minimaal € 2.500 zijn, het bedrijfsmiddel dient niet eerder gebruikt te zijn én de investering dient bij de RVO binnen 3 maanden na ondertekening van de offerte/opdrachtbevestiging gemeld te zijn (let op: een dag te laat en de investering wordt niet geaccepteerd!). De MIA bedraagt, afhankelijk van de categorie, 36%, 27% of 13,5% van de investering. De EIA bedraagt in 2018 54,5% van de investering.

MIA
Een nieuw thema op de milieulijst van 2018 is het inzetten van CO2, als grondstof in de chemische industrie. Voor dit thema zijn drie nieuwe bedrijfsmiddelen opgenomen. Ondernemers die investeren in volledig elektrische auto’s, kunnen nog steeds toepassing van de MIA/VAMIL claimen.

EIA
Een nieuwe categorie betreft investeringen in de opslag van energie, om vraag en aanbod van duurzame energie in balans te brengen. De vereisten voor ledverlichting en warmtepompen in bedrijfsgebouwen zijn aangescherpt en de eis voor energieprestatieverbetering van bestaande bedrijfsgebouwen is aangepast. Daarnaast is de nieuwe technologie voor het drogen van gewassen op de lijst gekomen.

(Bron: Schippergroep)

Bent u eigenaar van een rijksmonument? Dan kunt u in aanmerking komen voor een lening of subsidie voor instandhouding (onderhoud), herbestemming of restauratie van uw monument. De hoogte van de bijdrage hangt onder andere af van het type monument.

Instandhouding

De regeling voor instandhouding is in 2013 vernieuwd. De belangrijkste veranderingen zijn:

  • De subsidie is alleen nog voor onderhoud en niet meer voor restauratie.
  • U betaalt de helft van de onderhoudskosten zelf.
  • Er zijn regels over welke momumenten voorrang hebben.

Herbestemming

Voor herbestemming van monumenten als kerken, industriegebouwen, scholen, boerenschuren, kloosters en kastelen kunt u subsidie aanvragen met de Subsidieregeling stimulering herbestemming monumenten.

Restauratie

Voor restauratie van niet-woonhuismonumenten, zoals fabrieken en kerken, kunt u een lening tegen lage rente aanvragen bij het Nationaal Restauratiefonds. Met de RestauratieWijzer krijgt u een overzicht van alle stappen voor een geslaagde restauratie.

Wanneer komt u in aanmerking?

De voorwaarden verschillen per monument en regeling.

Hoe kunt u aanvragen?

Voor instandhouding kunt u in 2013 niet meer aanvragen. Dat kan weer van 1 februari tot en met 31 maart 2014.

Voor herbestemming kunt u aanvragen van 1 oktober tot en met 30 november 2013. U vraagt aan bij de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed.

Links

Vraagt u voor een uitkeringsgerechtigde een proefplaatsing met behoud van uitkering(en) aan, dan is de standaardduur hiervan voortaan standaard twee maanden. Alleen als het om een werknemer met een ziekte of arbeidshandicap gaat, kan UWV de proefplaatsing verlengen.

In het bericht ‘Zes maanden proefplaatsing in 2013 al mogelijk’ heeft u eerder kunnen lezen dat de maximale duur van de proefplaatsing per 1 januari 2013 is verlengd van drie naar zes maanden. UWV heeft echter laten weten dat de standaardduur van de proefplaatsing juist is verkort naar twee maanden.

Geen langere proefplaatsing voor werklozen

Voor een werkloze is het helemaal niet mogelijk om de periode van proefplaatsing te verlengen. Daarnaast zijn er voor een proefplaatsing voor werklozen aanvullende voorwaarden:

  • De werkloze is minimaal drie maanden werkloos.
  • De mogelijkheden van de werkloze om een nieuwe baan te vinden, zijn beperkt.

Voor jongeren onder de 27 jaar zonder startkwalificatie gelden deze voorwaarden niet. Ook gelden deze voorwaarden niet als de werknemer vóór zijn WW-uitkering een WAO-, WIA-, WAZ-, Wajong- of Ziektewetuitkering had en vervolgens zijn oude functie niet meer kan hervatten.

Verlenging mogelijk voor arbeidsongeschikten

Voor zieke of gehandicapte werklozen kan UWV de standaard proefplaatsing van twee maanden wel verlengen. Als een werknemer (gedeeltelijk) arbeidsongeschikt is, kan zijn gezondheidssituatie in de eerste periode nog wat instabiel zijn, waardoor u na twee maanden nog geen goed beeld van zijn functioneren heeft. UWV beoordeelt dan of de verlenging van de proefplaatsing terecht is. De proefplaatsing kan nooit langer duren dan zes maanden.

(Bron: salarisrendement)

Europese subsidies

Categories: Nieuws voor het MKB (BV), Nieuws voor het MKB(BV), subsidies, diversen
Reacties uitgeschakeld voor Europese subsidies

Hier vindt u een overzicht van Europese subsidies en regelingen. Midden- en kleinbedrijven, grote bedrijven, onderzoekers en kennisinstellingen die in internationaal verband werken aan onderzoek en technologische innovatie, kunnen in aanmerking komen voor een Europese subsidie. Er zijn subsidies voor onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratieprojecten. De looptijd van de projecten is enkele jaren.

Welke programma’s zijn er?

Het grootste programma met het meeste budget is het Zevende Kaderprogramma (KP7). Daarnaast zijn er nog verschillende andere programma’s op het gebied van bijvoorbeeld media en interregionale samenwerking.

Ga direct naar de programma’s:

Onderaan deze pagina kunt u ook rechtstreeks naar de individuele subsidies uit deze programma’s.

Wanneer kunt u meedoen?

Voor projecten uit het Zevende Kaderprogramma (KP7) zijn er meestal minimaal 3 partners uit verschillende EU-lidstaten of geassocieerde landen nodig om aan een project deel te kunnen nemen. Zo’n samenwerkingsverband heet een consortium. Alleen als u rechtspersoonlijkheid bezit, kunt u deelnemen aan een consortium.

Waar kunt u terecht voor hulp bij uw aanvraag?

Voor informatie en advies over de meeste Europese subsidies kunt u terecht bij Agentschap NL. De regels voor deelname zijn niet eenvoudig. Daarom kunt u het beste in een vroeg stadium contact opnemen. MEDIA Desk Nederland biedt advies en begeleiding bij subsidieaanvragen voor regelingen van het MEDIA Programma van de EU. Dit programma ondersteunt de audiovisuele sector in Europa, inclusief de gamesector.

Hoe dient u een voorstel in?

U kunt projectvoorstellen indienen wanneer er een uitnodiging (call for proposal, of call) openstaat. Een overzicht van alle calls per thema vindt u op de website van Agentschap NL. Op de Research Participant Portal van de Europese Commissie vindt u ook een database van alle openstaande calls. Voor veel Europese subsidies loopt de aanvraag via Agentschap NL.

  • Subsidies (28)
  1. Eco-innovation (CIP)Het Eco-innovation programma is een Europees subsidieprogramma. Het is onderdeel van het Competitiveness and …
  2. Erasmus for Young EntrepreneursAls jonge ondernemer kom je mogelijk in aanmerking voor het programma Erasmus for Young Entrepreneurs. Dit programma …
  3. Europees Globaliseringsfonds (EGF)Moet uw bedrijf door de economische crisis massaal mensen ontslaan? Dan kunt u in aanmerking komen voor steun uit …
  4. EurostarsBent u mkb-ondernemer in de ‘high tech’ onderzoeks- en ontwikkelingssector? Dan kunt u subsidie aanvragen voor een …
  5. Onderzoeksprogramma Energy (KP7)Het Europese onderzoeksprogramma Energy is onderdeel van het KP7-programma Cooperation. De onderwerpen binnen het …
  6. Onderzoeksprogramma Environment (KP7)Het Europese onderzoeksprogramma Environment (including Climate Change) is onderdeel van het KP7-programma …
  7. Onderzoeksprogramma Food (KP7)Het Europese onderzoeksprogramma Food, Agriculture and Fisheries and Biotechnology (FAFB) is onderdeel van het …
  8. Onderzoeksprogramma Health (KP7)Het Europese onderzoeksprogramma Health is onderdeel van het KP7-programma Cooperation. Het budget is ruim € 6 …
  9. Onderzoeksprogramma ICT (KP7)Het Europese onderzoeksprogramma Information and Communication Technologies is onderdeel van het KP7-programma …
  10. Onderzoeksprogramma NMP (KP7)Het Europese onderzoeksprogramma Nanosciences, Nanotechnologies, Materials and New Production (NMP) is onderdeel van …
  11. Onderzoeksprogramma Security (KP7)Het Europese onderzoeksprogramma Security is onderdeel van het KP7-programma Cooperation. Het programma richt zich …
  12. Onderzoeksprogramma Socio-economic sciences (SSH) (KP7)Het Europese onderzoeksprogramma Socio-economic sciences and humanities (SSH) is onderdeel van het KP7-programma …
  13. Onderzoeksprogramma Space (KP7)Het Europese onderzoeksprogramma Space is onderdeel van het KP7-programma Cooperation. De onderwerpen binnen het …
  14. Onderzoeksprogramma Transport (KP7)Het Europese onderzoeksprogramma Transport is onderdeel van het KP7-programma Cooperation. De onderwerpen binnen het …
  15. Subsidie Information communication technologies policy support programme (ICT PSP) (CIP)Het Information Communication Technologies Policy Support Programme (ICT PSP) is een Europees subsidieprogramma. Het …
  16. Subsidie Zevende Kaderprogramma (KP7)Het Zevende Kaderprogramma (KP7) is het grootste subsidieprogramma van de EU. Het wil de internationale samenwerking …
  17. Subsidieprogramma Capacities (KP7)Het Europese subsidieprogramma Capacities is onderdeel van het Zevende Kaderprogramma (KP7). Capacities bestaat uit …
  18. Subsidieprogramma Cooperation (KP7)Het Europese subsidieprogramma Cooperation is een onderdeel van het Zevende Kaderprogramma (KP7). Het is een …
  19. Subsidieprogramma EU Gateway ProgrammeWilt u als mkb-ondernemer exporteren naar Japan en Korea? Dan kunt u deelnemen aan het EU Gateway Programme. Het EU …
  20. Subsidieprogramma Health ProgrammeHet Health Programme is een subsidieprogramma van de EU. Het Health Programme richt zich op beleidsondersteunende …
  21. Subsidieprogramma Ideas (KP7)Ideas is een Europees subsidieprogramma binnen het Zevende Kaderprogramma (KP7). Ideas stimuleert de meest …
  22. Subsidieprogramma Intelligent energy – Europe (IEE-II) (CIP)Het Intelligent Energy – Europe programma (IEE-II) is een Europees subsidieprogramma. Het is onderdeel van het …
  23. Subsidieprogramma INTERREGINTERREG is een Europese subsidieregeling voor samenwerkingsprojecten op het gebied van ruimtelijke en regionale …
  24. Subsidieprogramma LIFE+LIFE+ is het Europese subsidieprogramma voor de ontwikkeling en uitvoering van het Europese natuur- en milieubeleid. …
  25. Subsidieprogramma Marco Polo IIHet Europese subsidieprogramma Marco Polo II wil andere vormen van goederenvervoer stimuleren. Deze moeten het …
  26. Subsidieprogramma MEDIAHet Europese subsidieprogramma MEDIA ondersteunt onafhankelijke Europese producenten, distributeurs en organisatoren …
  27. Subsidieprogramma People (KP7)Het Europees subsidieprogramma People is onderdeel van het Zevende Kaderprogramma (KP7). Met een Marie Curiebeurs …
  28. Subsidieprogramma Research for the benefit of SMEs (KP7)Research for the benefit of SMEs is een Europees onderzoeksprogramma voor midden- en kleinbedrijf zonder eigen …

(Bron: Overheid)